Deel 2
Burgers zijn in tussen al gewend met de nieuwe situatie waarin het land verkeert, maar voor de meeste van hen is het nog steeds moeilijk om zich aan te passen. De krant had een gesprek met enkele van de burgers, die dit het meest voelen. Oma Mieke, die alleen woont met haar man, geeft aan dat het heel moeilijk is om aan de nieuwe situatie te wennen. Zij doet haar boodschappen zelf, want haar man is niet meer de oude. “Ik kreeg vroeger optimaal bezoek van mijn kinderen en kleinkinderen, maar nu gebeurt dat incidenteel. Mijn kinderen moeten zich nu aanpassen aan de nieuwe situatie. Het is ook moeilijk voor hen, maar ik heb gemerkt dat het veel meer tijd van hen in beslag neemt. Wij zijn dagelijks aan de telefoon, maar het fysieke contact is een groot gemis. Het is voor ons bestwil en mijn kinderen geven aan dat zij liever geen kansen nemen om bij mij te komen. Het virus schuilt in een klein hoekje en pakt je onverwachts.”
Marvin geeft aan dat zijn leven weer niet zo gemakkelijk is. “De meeste mensen kunnen nog genieten van de luxe, maar mijn gezin en ik niet. Wij hebben geen televisie en beschikken maar over twee telefoons, althans een van de telefoons is een smartphone en met de andere kan ik alleen bellen en sms’en. Ik ben een bouwvakker en de Corona heeft mij en mijn gezin echt getroffen. Ik heb een paar jaren terug alles verloren door het gevecht van mijn broers en zus over het huis van ons moeder en vader. Ik werd zelfs dakloos. Ik heb wel vaak hulp aangeboden gekregen, maar ik hou ervan om mijn dingen zelf de doen. Om je doelen te bereiken, ga je altijd tegenslagen meemaken. En dat is wat ik mijn twee jongens en dochtertje leer”, benadrukt Marvin. “Wij eten dagelijks en dat is het belangrijkste. Mijn vrouw en ik houden de kinderen vaak genoeg bezig, dus er is altijd wat te doen. De kinderen balen wel, maar ze weten dat mama en papa hard hun best doen. Hoe wij de situatie nu anders aanpakken, werk ik wel eraan dat wij eind van deze maand de kinderen blij maken met een televisie. Uiteindelijk kijken twee van hen uit van wanneer de school weer begint. Het ene is in middels begonnen. Trouwens, op school doen ze alle drie hun best en dat geeft mij ook de kracht en spirit om meer voor hen te betekenen.”
Voor een andere burger is het heel normaal. Oma Peggy gaf aan dat zij de situatie al onder de knieën heeft. “Het zal wel na een tijd weer veranderen, maar ik zal mij wel aanpassen.” Oma Peggy gaf aan dat ze haar kinderen vaak ziet alsook haar kleinkinderen. “Mijn kinderen zijn intussen begonnen met werken, dus ik doe nu de oppas. Mijn oudste kleinzoon is begonnen met school en gaat na school zelf naar huis. De oppas doe ik voor mijn kleindochter, die is nog geen jaar. Nadat mijn dochter van het werk is, komt zij gelijk naar mij. Normaliter doe ik gewoon mijn boodschappen, natuurlijk met inachtneming van de maatregelen. Voorzichtig zijn wij zeker en kijken verder hoe deze situatie zich zal ontwikkelen.”
Felisha gaf aan dat zij niet kan wachten totdat de school weer voor haar zal beginnen. “Ik ben wel blij dat ik met mijn moeder en vader thuis ben, maar om eerlijk te zijn, baal ik”, benadrukt zij. Het 8-jarig meisje gaf verder aan dat zij alles uit het hoofd kent in huis. “Met mijn ogen dicht weet ik waar bepaalde dingen in huis blijven. Ik oefen wel met mijn moeder en vader, maar daarna is het weer voor de tv of buiten spelen. Als enig kind vind ik het wel leuk dat ik dingen krijg, maar wil mijn dingen graag delen. Toen ik op school ging, had ik het gemis niet.” Na school ging Felisha naar de oppas en zag ze haar moeder en vader pas om 6.00 uur. “Ik had eigenlijk ook een druk schema. Nu ik thuis ben, ben ik 1 maal 24 uur beschikbaar voor mijn ouders”, benadrukt zij.
TM