Al geruime tijd krijgt het Ministerie van Openbare Werken Transport en Communicatie (OWT&C), heel veel klachten vanuit de samenleving, dat enkele kraakperswagens vroeg beginnen in bepaalde woonwijken met het ophalen van huisvuil, waardoor bewoners hun vuil niet meegenomen werd of moesten de bewoners met hun vuil achter de kraakperswagen rennen, zodat het toch meegenomen werd. Vanuit de leiding van de afdeling Vuilophaal- en Verwerkingsdienst (VOV), moesten controleurs steekproeven nemen op het veld, waar enkele aannemers ook betrapt werden op het eerder aangehaalde. Deze aannemers werden aangesproken en hebben ook gehoor gegeven aan de instructies van de controleurs.
Op 30 juni werd de chauffeur van een vuilophaal bedrijf SVV welke bekend staat bij het ministerie betrapt en werd de desbetreffende chauffeur gesommeerd te stoppen, omdat hij eerder is begonnen met de ophaal anders dan het bestek en contract voorschrijft. De chauffeur weigerde gehoor te geven en maakte contact met zijn leidinggevende. Na komst van deze werkgever is het een en andere geuit vanuit beide partijen. Op gegeven moment sommeerde de aannemer de chauffeur het werk voort te zetten. De dienstdoende ambtenaar van het ministerie koos toen toch het voertuig te stopten door voor de wagen te staan. Deze handeling viel niet in goede aarde bij de aannemer, die op zijn beurt de chauffeur sommeerde door te rijden, wat tot gevolg had dat de werknemer die rechtmatig bezig was zijn werk uit te voeren zou moeten opschuiven om te voorkomen dat hij werd overreden. Vervolgens werd de dienst normaal hervat door de aannemer die geen gehoor gaf aan de sommeringen van de ambtenaar.
Er is nooit en te nimmer door het ministerie een wijziging gebracht met betrekking tot de ophaaltijd, zoals de aannemer aangeeft. Hij geeft aan dat hij gebeld is geworden door VOV, maar weet niet wie de persoon was die hem gebeld heeft. Hij beweerde ook dat andere aannemers gebeld zijn geworden, maar bij navraag bij sommige aannemers blijkt dat niet zo te zijn. De leiding is van mening dat als de aannemers een dispensatie brief hebben ontvangen dat ze hun werk conform het bestek en contract dienen uit te voeren.