In 2002 verdween de Amsterdammer Patrick van Dillenburg (38). Hij werd kort na een mislukte poging hem te beroven, vermoord, en de advocaat van een verdachte wil nu de Surinaamse politicus Ronnie Brunswijk horen, omdat Brunswijk mogelijk de opdrachtgever zou zijn. Donderdag dient een eerste zitting in de rechtbank. In het onderzoek duiken de namen van Brunswijk en Segebai op die in 2008 werd geliquideerd in Amsterdam.
Van Dillenburg was op 2 januari 2002 bij zijn vriendin in Amsterdam toen hij werd gebeld en vertrok. Hij keerde nooit meer terug. Een coldcase-team heropende in 2015 de zaak en zette daarvoor ook undercoveragenten.Men gaat ervan uit dat Van Dillenburg niet meer leeft, maar naar nu blijkt hebben criminelen geprobeerd om Van Dillenburg op oudjaarsdag 2001 te beroven. In een tip van de Brabantse politie, die in het strafdossier van de zaak zit, staat dat de Amsterdammer in een taxi zat toen hij tussen Amsterdam en Schiphol werd klemgereden en geramd door twee wagens. Van Dillenburg had, zo meldde een informant, een grote partij cocaïne bij zich. Toen de politie arriveerde hing Van Dillenburg een smoes op dat het om een privékwestie ging en laadde de koffer met drugs over in de wagen van een vriend. Van Dillenburg stelde, zo staat in het strafdossier, Ronnie Brunswijk verantwoordelijk voor de berovingen. Volgens de informant pleegde een groep Surinamers waarbij ook de in 2008 doodgeschoten crimineel Adjoeba betrokken was, een forse reeks ’rips’ of drugs-roven. Adjoeba was een goede vriend en familie van Brunswijk. Tussen Brunswijk en Adjoeba enerzijds en Van Dillenburg anderzijds zou een groot conflict zijn ontstaan, waarbij ook de vriendin van Brunswijk werd ’geript’.
In april dit jaar bezochten rechercheurs de dochter van Brunswijk in Amsterdam. Die vertelde dat haar moeder, de vriendin van Brunswijk, inderdaad betrokken was bij ripdeals, maar niet naar Nederland komt omdat ze verdacht wordt van drugsdelicten. Ronnie Brunswijk moet in Nederland nog een straf uitzitten voor cocaïnesmokkel. Het dossier bevat sterke aanwijzingen voor de betrokkenheid van Brunswijk bij de moord op Van Dillenburg.
Bron: De Telegraaf, 29 juni 2019