Vanwege de maatregelen rondom Covid-19 is het niet mogelijk om onze reguliere vijfjaarlijkse bijeenkomst in Groningen te houden en groot te vieren, zegt Erick Rijsdijk, Voorzitter Stichting Sranan Boeroe.
Nog voordat onze Chinese, Hindostaanse, Javaanse en Maderaanse broeders en zusters naar Suriname kwamen, arriveerden op 20 juni 1845, met vier zeilschepen, 384 arme boeren uit Nederland aan om landbouw te bedrijven in Suriname. Het was ook een soort proef om te weten te komen of blanke mensen in een tropisch klimaat op het land konden werken en (over)leven. Ze werden ver weg van Paramaribo ontscheept in een modderig Voorzorg (tegenover Groningen). Ze waren verplicht zich 5 jaar te onderwerpen aan het gezag van een dominee. Maar een klein deel van de hutten was af waardoor ze met meerdere gezinnen in één hut moesten verblijven. Geen eten, geen schoon drinkwater, geen medicijnen, allemaal bos en bij springvloed kwam het rivierwater in de hutten. Door een epidemie stierven er in de eerste zes maanden na aankomst 184 mensen. Daarna werden ze overgeplaatst naar Groningen waar ze, zij aan zij met tot slaaf gemaakten, huizen bouwden. De boeroes hebben nooit slaven gehouden/gehad. Er zijn meerdere theorieën over de keuze voor Voorzorg/Groningen, echter blijft het onbegrijpelijk dat je landbouwers ergens onderbrengt waar ze op 10 uur varen van de markt/stad/klanten moeten verbouwen. Na 10 uur varen met een korjaal is er weinig vers meer aan groenten. De onderneming werd in 1853 afgeblazen mede omdat de meeste boeren waren weggetrokken.
De bedoeling was om op 20 juni a.s. een gedenkteken te onthullen met daarop de namen van allen die in de periode 1845 t/m 1853 in Groningen zijn overleden. Dat zal de Stichting volgend jaar officieel doen, evenals de afgelaste gezamenlijke herdenking van dit jaar.
Ook de jaarlijkse kranslegging op 20 juni wordt geannuleerd omdat t/m 21 juni een totale lockdown geldt. We hopen later dit jaar alsnog de kranslegging te doen, zegt Rijsdijk.