Vooralsnog zullen overtreders van de Wet Uitzonderingstoestand COVID-19 niet strafrechtelijk vervolgd kunnen worden omdat het presidentieel besluit, waarin bindende regels zijn vastgesteld ter uitvoering van deze wet, nog niet geëffectueerd is.
Volgens artikel 9 van de Wet Uitzonderingstoestand COVID-19 is de rechter bevoegd overtreders van artikel 4 de leden 1 en 2 en artikel 5 van deze wet te straffen met een hechtenis van maximaal 6 maanden en geldboete van de derde categorie, hetzij met een van beide straffen. Een geldboete van de 3e categorie is maximaal Srd.25000,-.
De instructie komende vanuit de korpsleiding tot nu toe is dat politieambtenaren, binnen het kader van het indammen van de verspreiding van het covid-19 virus, zoveel mogelijk vermanend optreden.
Als het straatbeeld van de afgelopen dagen als graadmeter wordt gebruikt, mag geconcludeerd worden dat het leeuwendeel van de samenleving zich houdt aan de getroffen covid-19 maatregelen.