Tanja Jadnanansing probeert in Zuidoost het midden te houden tussen de staat en de straat. ‘Noem je dat woede, die Damdemonstratie? Ik zie mensen die deel willen zijn van de oplossing.’
Ruben Koops en Patrick Meershoek, 10 juni 2020, 13:27
De dood van George Floyd, die dinsdag in Houston werd begraven, ‘heeft de hele wereld geschokt. En Zuidoost is zoals de wereld, dus hier zijn we ook geschokt,’ aldus Jadnanansing.
Ze liep er zelf ook, maandagmiddag tweede pinksterdag, tussen die duizenden andere Amsterdammers om te demonstreren tegen de dood van George Floyd. Tanja Jadnanansing (53), voormalig Kamerlid van de PvdA en inmiddels twee jaar stadsdeelvoorzitter van Zuidoost: “Ik stond daar, omringd door witte mensen en dat vond ik fijn. Want als we allemaal geschokt zijn, betekent het dat wij hier niet meer alleen in staan.”
Wat verwacht u van de demonstratie van woensdag, in het Mandelapark?
“Dat het druk gaat worden, heel druk! Ik hoop dat het minstens net zo mooi zal worden als op de Dam: veilig, vredig en verantwoordelijk. Dat wil de organisatie gelukkig zelf ook. De leden van onze kindercommissie hebben al laten weten dat ze iets eerder vertrekken van onze afspraak omdat ze bij de demonstratie willen zijn. Mensen kunnen en willen hun stem laten horen.”
Zuidoost is het meest diverse stadsdeel van Amsterdam. Heeft de dood van Floyd hier ook een diepere impact?
“De beelden van een onschuldige man die om adem vraagt en het niet krijgt, hebben overal impact. De hele wereld is geschokt, en Zuidoost is zoals de wereld, dus hier zijn we ook geschokt. Maar ik ben mevrouw optimistisch, ik zie een nieuwe groep mensen die deel wil zijn van de oplossing.”
Is de verdeeldheid tussen de straat en de staat hier in Zuidoost net zo groot als in Amerika?
“Veel mensen die ik spreek zeggen dat het hier meer gaat om het institutionele racisme, dat in patronen zit, en minder om letterlijke ongelijkheid. Ik zie dat de politie met mij meegaat naar avonden met bewoners, om te leren van wat we bespreken in de wijk. Er is nu momentum, de erkenning van racisme is veel breder.”
In de Verenigde Staten wordt nagedacht over het opheffen en vanaf de grond opnieuw opbouwen van de politie om discriminatie te voorkomen. Is dat hier ook nodig?
“Ik spreek ze veel en ik zie politiemensen die in een lerende houding zitten. Die willen oprecht horen hoe het beter kan en hoe het wantrouwen kan worden verkleind. We organiseren vaak bijeenkomsten in de buurtcentra, bijvoorbeeld met de Ghanese of de Somalische gemeenschap waarbij bewoners de agenda bepalen. ‘Vertel ons maar,’ zegt de politie dan. Helemaal opnieuw beginnen? Over de aanpak die we nu hebben gekozen zijn we nog niet uitgeleerd.’
Vlak voor de dood van George Floyd werd in het stadhuis gedebatteerd over het invoeren van preventief fouilleren in Amsterdam, vooral na de geweldsincidenten in Zuidoost. Vindt u het verstandig hiermee door te gaan?
“De gemoederen over dit onderwerp zijn verdeeld: er is een groep, moeders bijvoorbeeld, die het een goed idee vindt; maar veel jonge zelfbewuste mensen vinden het een stap terug – daar gaan we weer. Als je in het huidige krachtenveld gaat nadenken over preventief fouilleren, zou ik de raadsleden wel aanraden eerst het gesprek aan te gaan, voordat ze een besluit nemen.”
Gaat u de mensen in het Mandelapark woensdag toespreken?
“Nee, maar ik ben er wel en loop rond met mijn collega’s van het dagelijks bestuur. Mijn rol is niet die van actievoerder, maar van verbinder. Het is goed dat dit onderwerp aanhangig wordt gemaakt, ik kan het gebruiken aan alle vergadertafels waar ik als stadsdeelvoorzitter van Zuidoost moet aanschuiven. Hopelijk zijn er dan heel wat kwartjes gevallen.”