Coronavirus lockdowns hebben de Europese auto-industrie verlamd — doordat assemblage- en productiefabrieken zijn gesloten en de verkoop van auto’s is stopgezet. De verliezen in de EU en het VK bedragen samen meer dan 2,4 miljoen voertuigen.
Dit cijfer omvat personenauto’s, vrachtwagens, bestelwagens, bussen en touringcars, volgens de Europese vereniging van autofabrikanten (ACEA). De productieverliezen in de hele EU als gevolg van fabriekssluitingen in 17 EU-landen en het Verenigd Koninkrijk sinds medio maart bedragen ten minste 2.446.344 motorvoertuigen, meldt de ACEA.
De gemiddelde stilleggingsduur bedraagt 30 werkdagen, waarbij sinds medio maart in totaal 537 productiedagen verloren zijn gegaan.
Het door de Europese Commissie voorgestelde herstelpakket van 750 miljard euro (835 miljard dollar) is door de Europese autofabrikanten omschreven als “vaag” wat betreft financiële steun voor hun sector.
“Het is teleurstellend om te zien dat het voorgestelde herstelpakket vrij kort en vaag blijft over de instrumenten en financiële middelen voor het herstel van de Europese auto-industrie”, aldus de directeur-generaal van ACEA, Eric-Mark Huitema. Hij merkte op dat de fabrikanten nog lang niet klaar zijn.
De verkoop van nieuwe auto’s is drastisch gedaald. De Britse automarkt heeft in april zijn ergste maand ooit meegemaakt toen de pandemie de showrooms en dealers sloot, waardoor de verkoop van nieuwe auto’s met 97,3 procent op jaarbasis is gedaald. De verkoop van nieuwe auto’s in Frankrijk daalde in april met 88,8 procent op jaarbasis en de Italiaanse markt daalde met 97,5 procent ten opzichte van vorig jaar.
Er zijn 142 fabrieken in Europa die personenauto’s produceren, 38 die lichte bedrijfsvoertuigen (bestelwagens) maken, 58 andere bouwen zware voertuigen (vrachtwagens), 58 produceren bussen, en 71 maken motoren.