Sinds haar oprichting op 27 april 1873 geeft Toneelgenootschap Thalia aan dat de culturele sector in Suriname van onschatbare waarde is en een essentiële bijdrage levert aan de culturele vorming en culturele waarde van Suriname. Ondertussen al 183 jaar lang.
De creatieve uitingen om kinderen, jongeren en volwassenen in verbinding te brengen, te raken en te stimuleren tot ander gedrag zijn talrijk en omvangrijk. Denk hierbij onder andere aan toneel, dans, zang, spoken word, musicals, opera en cabaret. De COVID-19 pandemie maakt nu meer dan ooit zichtbaar hoe kwetsbaar deze sector in Suriname is. Door de betreffende lock-down en overheidsmaatregelen is er financiële schade ontstaan in de gehele culturele sector. Elke verdere verlenging van maatregelen zal de culturele infrastructuur verdere schade berokkenen.
“Voor Thalia is de sluiting dubbelzuur: niet alleen de totale omzet is vanaf maart weggevallen, maar ook de culturele ontwikkeling is volledig stil komen te liggen. Het kan nog maanden duren voordat er weer een voorstelling, met een goed gevulde zaal, kan plaatsvinden. De acute liquiditeitsproblemen van Thalia hebben grote negatieve impact op het voortbestaan en de werkgelegenheid, let wel niet alleen voor het Toneelgenootschap, maar voor de gehele culturele sector in Suriname. Daarbij komt dat Thalia nu extra kwetsbaar is, omdat er de afgelopen jaren fors is geïnvesteerd in het gebouw en de commerciële activiteiten om zodoende de inkomsten te vergroten.
Gegeven de nieuwe werkelijkheid van de 1,5 meter economie zal het ook lang duren voordat deze weer volledig op gang komt. Het realiseren van grotere publieksstromen kan waarschijnlijk pas opgestart worden na het op grote schaal beschikbaar komen van een vaccin. Intussen wordt er met man en macht gewerkt om aan alle financiële verplichtingen te voldoen. Geen inkomsten terwijl de vaste lasten en broodnodig onderhoud nog altijd betaald zullen moeten worden. Gekeken wordt naar mogelijkheden om toch de zaal te verhuren voor bepaalde activiteiten, waarbij natuurlijk alle publieke gezondheidsmaatregelen in acht zullen worden genomen. Ook is het bestuur de mogelijkheden aan het bekijken om in aanmerking te komen voor subsidie vanuit de Surinaamse overheid en eventueel het buitenland. “Er moet wel schot in de zaak komen, want het water staat ons aan de lippen”, geeft Bergraaf aan.
Met de verruiming van samenscholing tot maximaal 50 personen is Thalia niet geholpen. De zaal met 500 zitplaatsen zal verlies draaien met slechts maximaal 50 bezoekers, daarnaast zal geen enkele partij Thalia afhuren voor 50 personen. Thalia wordt in deze periode enorm geraakt want haar bestaansrecht is gebaseerd op het verhuur van de schouwburg en het maken van eigen producties. Daarom vraagt Thalia uw steun om in staat worden gesteld haar waardevolle rol in de samenleving te kunnen blijven vervullen. Thalia spreekt de hoop uit dat de overheid, het bedrijfsleven en de totale Surinaamse gemeenschap haar een helpende hand toereikt” stelt de voorzitter in een persbericht.
Foto: Voorzitter Humphrey H. Bergraaf Jr. in een lege Thalia