Wanneer de olieprijs, en daarmee uiteraard de prijs van benzine, internationaal omhoog gaat, dan wordt binnen weinig uren de benzineprijs aan de pompen in Suriname ook steevast verhoogd. Die benzineprijs in Suriname wordt weliswaar op basis van de facturen van de oliemaatschappijen hier te lande bepaald, maar het leeuwendeel van de prijs per liter gaat naar de overheid in de vorm van belasting en de bekende “government take”. Opmerkelijk is dat wanneer de internationale olieprijzen omlaag gaan, de pompprijs hier dat niet. Soeridjani Jankie, voorzitter van de SSEB (Surinaamse Servicestations Exploitantenbond), zegt ook niet zeker te weten waar dat ligt en verwijst naar minister Tsang van HI&T, die helaas nog onbereikbaar bleef.
“Feit is dat door de crisis veel minder benzine wordt verkocht, dus het kan best zo zijn dat men nog met de oude voorraden werkt. Dan zou je pas kunnen zien of de prijs gereflecteerd wordt wanneer er een nieuwe lading met een nieuwe prijs binnenkomt. De prijs aan de pomp is SRD 6.58 of SRD 6.59, en de marges van de oliemaatschappijen zijn iets boven de SRD 1. In Nederland daalde de prijs wel tot Euro 1.50 de laatste weken, en in de VS gaan ze ook al enkele weken omlaag tot wel 50%. Wil je weten hoe en waarom, dan zul je een stevig onderzoek moeten doen. Maar ook wij zouden het graag willen weten.”
Dagblad Suriname blijft proberen minister Tsang te bereiken, want volgens Janki is hij een “lieve minister”.
