Voor Marinus Bee is de tijd rijp dat de overheid inkomt om de boothouders in Marowijne tegemoet te komen voor de inkomstenderving die zij nu lijden. “Want ze varen niet en er is geen alternatief dat ze bijvoorbeeld voor enkele uren mogen varen”, zegt Bee. “Ruimte om wat te verdienen is er niet. De gezondheid van Suriname gaat voor en dat betekent dat de mannen in Albina met hun werkzaamheden moeten stoppen.” Bee merkt op dat de boothouders ondersteund moeten worden zodat de mensen niet ontmoedigd raken. “Na moni unu musu gi den man, fu tan na oso”, benadrukt Bee. Voor de parlementariër zijn er nog geen concrete stappen genomen om de groep boothouders tegemoet te komen. “De wet is drie weken terug aangenomen en in principe zou voor die tijd al een planning moeten zijn om een kleine uitkering te doen zoals in andere landen”, zegt de Abop-topper kritisch. “Dit is de enige manier om de zaak op te lossen, bovendien heb ik nog niet gehoord dat het geld reeds is gereserveerd.” Ondanks de moeilijke situatie waarin de boothouders verkeren, laat Bee duidelijk weten dat de mannen geen risico’s moeten nemen om toch het water op te gaan. “Dat moeten ze niet doen want ze zetten daarmee hun leven en het leven van hun gezinnen op het spel”, aldus Bee. Hij vindt dat er snel een oplossing moet komen voor deze situatie.
RB