De Partij voor Democratie en Ontwikkeling in Eenheid (DOE) kan zich niet terugvinden in de wijze waarop de “Wet Controle Valutaverkeer en Transactiekantoren” zaterdag in De Nationale Assemblee (DNA) is behandeld en aangenomen. Vóór de behandeling van de ontwerpwet in tweede ronde begon, werd DNA geconfronteerd met een nota van wijziging door de initiatiefnemers, die naar de mening van DOE niet aansloot op de oorspronkelijke wijziging van de Wet op geldwisselkantoren van 2012. Deze nota van wijziging was ook voor de DOE-fractie een compleet nieuwe insteek.
Fractieleider Carl Breeveld heeft daarom ook gepleit voor verdaging van de vergadering, zodat het nieuwe wetsproduct kon worden bestudeerd door zowel DNA-leden als actoren in onze samenleving. Hierdoor zou draagvlak gecreëerd worden. Deelname aan de verdere beraadslagingen vond de DOE-fractie niet nodig, omdat de meerderheid koos voor voortzetting van de behandeling, terwijl er nauwelijks ruimte was om dit wetsproduct nader te bestuderen.
De wet moet als doel hebben de ontwaarding van de SRD tegen te gaan. Dit zal niet werken, zoals deze nooit heeft gewerkt tijdens de tachtiger jaren. Het zal alleen maar de zwarte markt verder stimuleren en valutakoersen en de prijzen negatief beïnvloeden. De totale samenleving zal weer verworden tot een chaos. Bedrijven zullen over de kop gaan en de werkloosheid zal een vlucht nemen. Slechts enkelen, z.a. partijfinanciers van de coalitie en bevriende bedrijven zullen profiteren van de situatie en zichzelf verrijken. DOE heeft steeds betoogt dat slechts behoorlijk bestuur en verhoging van productie bij kan dragen tot het bereiken van dit doel, en niet deze ingreep die gepleegd wordt om wettelijk de koers van de USD te bepalen. Tijdens de behandeling in eerste ronde is dat ook door de DOE-fractie betoogd. De slechte positie waarin de SRD zich op dit moment bevindt, houdt verband met het slecht gevoerd beleid, waarin geen vertrouwen is. DOE vindt dat de koers van de buitenlandse valuta verder omhoog schoot toen het USD miljoenenschandaal bij de Centrale Bank rond de kasreserve middelen openbaar werd. Die oorzaak is bij de behandeling door de coalitie heel slim buiten beschouwing gelaten.
Hierbij wordt voorbij gegaan aan één van de taken van de Centrale Bank van Suriname (CBvS) als monetaire autoriteit. Zij is het toezichthoudend orgaan voor wat betreft financiële transacties. Wat er naar onze mening moest gebeuren, is daadwerkelijke uitvoering van de Bankwet waarin een prominente rol is weggelegd voor de CBvS.