Voor de datum van 28 februari was door de Centrale Bank van Suriname (CBvS) een persconferentie uitgeschreven welke om 12.30 uur zou beginnen. Aanwezig aan de conferentietafel waren onder andere Maurice Roemer van de CBvS zelf, en de vertegenwoordigers van de Surinaamse Bankiersvereniging, de Vereniging Surinaams Bedrijfsleven, de Associatie van Surinaamse Fabrikanten, de Kamer van Koophandel en Fabrieken, en de Vereniging van Cambiohouders.
Helaas bleek al gauw dat aan deze ‘persconferentie’ het karakter van een persbriefing werd gegeven, omdat van de minstens 16 personen aan de tafel, de governor de enige spreker was, en daarna de media slechts toegestaan werd één vraag te stellen aan de governor per mediabedrijf, wat bijzonder onbevredigend was. Ook werd toegezegd dat na afloop nog gesprekken gevoerd en vragen gesteld zouden kunnen worden met de overige stakeholders, maar die verdwenen na afloop van de vragenronde voor de governor samen met hem.
De vragen die wel gesteld werden, kon de governor op misschien een enkele na niet concreet en bevredigend beantwoorden, waardoor voorzichtig en best inhoudsloos werd gemanoeuvreerd om vragen heen. Dat gebeurde met vragen over wat er precies met de kasreserve is gebeurd, welke mechanismen de bank precies zal inzetten om de koers te beheersen, of de dollar-faciliteit met de FED gestopt of opgeschort is en of de CBvS voldoende deviezen in voorraad heeft om de betalingsverplichtingen van de overheid te voldoen.
De media waren dan ook zeer verontwaardigd over al deze zaken en maakten dat ook tevergeefs kenbaar. De conferentie startte ook nog eens een kwartier te vroeg, waardoor sommigen een deel ervan moesten missen. Waar het eigenlijk op neer leek te komen, was dat de CBvS zich zou beijveren met de andere stakeholders om de koers niet verder te laten stijgen. Welke stappen concreet tot de mogelijkheden behoren of genomen zullen worden, kon niet worden verteld.