Een nieuwe milieuwet in de Filipijnen zal ervoor zorgen dat er jaarlijks minstens 175 miljoen nieuwe bomen worden geplant, terwijl ook het milieubewustzijn bij de jongere generaties wordt bevorderd. Het lijkt een beetje willekeurig, maar hoe meer je erover nadenkt, hoe zinvoller het blijkt te zijn. De ‘Graduation Legacy for the Environment Act’ ging door het huis van afgevaardigden. Indien geïmplementeerd, zou het vereisen dat alle studenten (lagere, middelbare school en universiteit) tenminste 10 bomen planten voordat ze kunnen afstuderen. Het idee is niet alleen om meer bomen te planten, maar ook om een groenere cultuur onder de jeugd van het land te bevorderen.
Gezien in dit land jaarlijks meer dan 17.5 miljoen studenten hun school afronden, zal dit initiatief, indien goed uitgevoerd, ervoor zorgen dat er elk jaar minstens 175 miljoen nieuwe bomen worden geplant. In de loop van een generatie kan niet minder dan 525 miljard worden geplant onder dit initiatief. Zelfs met een overlevingspercentage van slechts 10 procent, zou het betekenen dat er 525 miljoen extra bomen beschikbaar zouden zijn voor de jeugd. De noodzaak voor zo een wet in de Filipijnen was helder. In de afgelopen 40 jaren is de ontbossingsgraad zodanig hoog geweest, dat zulke initiatieven van vrijwillig naar verplicht zijn gesteld.
Parlementariër Riad Nurmohamed, lid vaste commissie Onderwijs, stelt dat zo een regeling in beginsel niet nodig is in landen waar zo een noodzaak er niet bestaat. Hoewel In Suriname de ontbossingsgraad hoog is, heeft het land nog meer dan 90% van haar bosbedekking kunnen behouden. Aan de andere kant stelt de politicus dat het Surinaams onderwijs zich in beginsel voor kan lenen om dit soort initiatieven (zoals die in Filipijnen) te ondersteunen. Het idee van bomen planten is volgens Nurmohamed echter beknopt.
Hij zou liever willen denken in termen van het doen uitvoeren van milieubewuste projecten bij het afronden van een bepaald scholingsniveau. “Alles kan, het hoeven niet alleen bomen te zijn. Dit kan in het bestaand onderwijsprogramma al. De kinderen van de 6de klas hebben al genoeg verstand om zelf projecten uit te voeren. Zij kunnen elk willekeurig initiatief ondernemen om het slagen af te ronden”, stelt Nurmohamed. Het gaat volgens de politicus niet alleen om hetgeen de leerlingen doen, maar zeker ook om de betrokkenheid van de leerlingen bij het milieu.
In het schooljaar 2017-2018 waren er in totaal 144.322 leerlingen en studenten ingeschreven op de scholen in Suriname (vanaf GLO tot en met universiteit). Meer dan 80.000 uit deze groep zit op KO- en GLO-niveau. Uit de praktijk blijkt dat het onderwijscurriculum op bijvoorbeeld de lagere scholen zodanig ingepakt is, dat er weinig ruimte overblijft om de pupillen dit soort activiteiten te doen uitvoeren. “De scholen hebben weinig ruimte om dingen te laten zien, laat staan te laten doen”, meent hij.
Het is niet duidelijk hoe de logistiek van het idee in de Filipijnen precies zal werken, hoewel de scholen verantwoordelijk zouden zijn voor het mogelijk maken en faciliteren van de aanplant. Er zal veel aandacht worden besteed aan het planten in gebieden, zoals mangrovebossen, bestaande bossen, beschermde gebieden, militaire gebieden, verlaten mijnsites en geselecteerde stedelijke gebieden. Natuurlijk zullen de soorten planten worden afgestemd op elk ander gebied, rekening houdend met de lokale geografie en het klimaat.
Het klinkt wel geweldig om miljoenen studenten bomen te laten planten, maar studenten dwingen om dat te doen, heeft een zekere totalitaire uitstraling die zeker niet zal resoneren met veel mensen. Bovendien moeten transport en logistiek, die ook een negatieve impact op het milieu hebben, op de juiste manier en zo duurzaam mogelijk worden aangepakt.
Kavish Ganesh