Naar aanleiding van hetgeen door de Minister van Onderwijs, Wetenschap en
Cultuur, mevr. drs. L. Ferrier, in De Nationale Assemblee(DNA) op dinsdag 21 mei
2019 omtrent het EBGS onderwijs te Godo Olo is gesteld, heeft de E.B.G.S. de
behoefte om deze verklaring aan het Surinaamse volk af te leggen.
De Evangelische Broedergemeente begon in 1735 haar werkzaamheden in
Suriname. Drie jaar daarna – 1738 – begon het geven van onderwijs aan de tot slaaf
gemaakten, een groep die toen als minderwaardig werd beschouwd.
De E.B.G.S. heeft alles getrotseerd om te werken aan de ontwikkeling van kinderen
in het binnenland en in de verschillende districten. Zo ook ontstond deze school,
ongeveer 50 jaar geleden, op Godo Olo.Vanuit Karmel waar de E.B.G.S. een
internaat en school beheerde, begon men op bescheiden schaal met het lesgeven
aan de kinderen uit het dorp tot het geheel uitgroeide tot een volwaardige school. De
E.B.G.S. kan daarom niet voorbijgaan aan het vele werk dat geestelijke leiders en
onderwijsgevenden langer dan twee eeuwen zendings- en diaconaalwerk hebben
verricht.
Dat de school dringend aan grondige renovatie toe is, wordt door de E.B.G.S. niet
ontkend. Op dinsdag 25 maart 2019 vertrok een delegatie bestaande uit acht
personen onder leiding van ds. Desiré Peerwijk, Praeses van de E.B.G.S. naar
Godo Olo. In een krutu gaf de Praeses aan dat de school zich inderdaad in slechte
staat bevindt, maar dat de E.B.G.S. er alles aan doet om dit tot het verleden te laten
behoren. Afgesproken werd dat er plaatselijk een ondersteuningsgroep zou worden
gevormd voor de renovatiewerkzaamheden die in de paasvakantie, rond midden april
2019, zouden aanvangen.
De E.B.G.S. was gereed om met de beschikbare middelen en ondersteuning van
anderen, een aanvang te maken met de renovatie en maakte dit voornemen
kenbaar aan de Minister van Onderwijs die op haar beurt aangaf een nieuwe school
te zullen bouwen.
Op 6 mei 2019 werd de E.B.G.S. door de Minister van Onderwijs in kennis gesteld
van een brief die ze van het traditioneel gezag heeft ontvangen, dat men de E.B.G.S.
daar niet meer wil. Terstond hebben wij om een onderhoud gevraagd met de
Minister.
Tot heden hebben wij geen reactie ontvangen van de Minister omtrent ons verzoek
voor een onderhoud. Vanwege het feit dat er hierna verder niets gebeurde, werd
Stichting Onderwijs door de plaatselijke bevolking benaderd met de vraag wanneer
met de bouw van de nieuwe school zal worden aangevangen.
Wij betreuren het dan ook dat zonder deze aangelegenheid te hebben besproken, de
Minister in DNA een sfeer heeft gecreëerd die niet bevorderlijk is voor het totaal
onderwijsproces. De E.B.G.S. zal in de media geen pennen en/of een woordenstrijd
voeren met de Minister. De E.B.G.S. zal derhalve nogmaals het verzoek richten aan
de Minister voor een onderhoud terzake specifiek de school te Godo Olo en in zijn
algemeenheid over onderwijs aangelegenheden. De E.B.G.S. is ervan overtuigd dat
de samenleving gediend zal zijn indien zij met het Ministerie van Onderwijs als
partners aan tafel gaat zitten om tot een oplossing te geraken. Het verschaffen van
eenzijdige informatie aan de samenleving zorgt alleen maar voor onnodige
verwarring. Het is onze verantwoordelijkheid om de samenleving dit te besparen.
De Evangelische Broedergemeente Suriname
Praeses Desiré Peerwijk