Productie is het sleutelwoord om te geraken tot welzijn en welvaart van een land. Alhoewel dit besef enigszins wel aanwezig is in Suriname, wordt daartoe niet de nodige stappen ondernomen. “We can do the job”, wordt desalniettemin in volle glorie verkondigd in de politieke wereld. Op deze wijze is de ‘zieke’ economie vanzelfsprekend moeilijk te saneren. Dit kwam tot uiting tijdens de presentatie van Winston Ramautarsing, voorzitter van de Vereniging van Economisten in Suriname (VES), tijdens de discussieavond van Kenniskring op 7 mei 2019 in Lalla Rookh. “Suriname behoort tot de onderbenutte economieën; de grootste vijand van ondernemerschap is lanti wroko”, accentueerde Ramautarsing.
Hij bracht in herinnering de zoete praatjes van de vicepresident (vp) Ashwin Adhin tijdens de succesvolle NDP-massameeting op 29 maart 2019. Daarbij liet de vp weten dat er 83.000 personen op de betaalrol zijn bij de overheid. “Dit is geen reden om trots op te zijn, want de productie wordt niet gecreëerd door de ambtenaren en sociaal zwakkeren, maar door de private sector. En dat hebben we juist verwaarloosd.” Ramautarsing merkt op dat vrijwel een ieder de positie van een ambtenaar ambieert, met andere woorden niemand wil ploeteren in de zon. “Hoe leuk het ook is om ambtenaar te zijn en in een aircokamer te zitten, zonder productie (veldwerk) gaat onze economie altijd krakkemikkig blijven en afhankelijk zijn van toevallige factoren.”
Op basis van de cijfers van de Human Development Index (HDI) deelde Ramautarsing mee dat de gemiddelde Surinamer 8,5 jaar in de schoolbanken heeft doorgebracht. In landen met een hoge HDI is dat gemiddeld 14 jaren. “Dus hoe goed doen we het in Suriname?”, luidde de niet al te complexe vraag van de VES-voorzitter. Hij constateert 5 remmende factoren waarom het niet goed gaat in Suriname, terwijl de potentie er wel is: bestuurlijke zwakte, hulpbronnenvloek, rents (meer dan evenredige beloning voor een schaarse factor), corruptie en drugshandel. Naar zeggen van Ramautarsing moet er gewerkt worden aan het tot stand brengen van de nationale productie van goederen en diensten, wat uitsluitend mogelijk is in een tandem tussen de regering en het bedrijfsleven. “Ondernemerschap is geen optie of keuze; het is de harde noodzaak”, aldus Ramautarsing.
KSR