Het voornemen van het ministerie van Onderwijs, Wetenschap en Cultuur om het lager en voortgezet onderwijs voor junioren (voj) te hervormen, gaat niet gemoeid met partijpolitieke invloeden. Dit accentueerde Marie Levens tijdens de persconferentie op 26 april, de laatste dag van de driedaagse nationale dialoog betreffende onderwijshervorming. “Onze visie heeft te maken met het ontwikkelen van het land. Wij hebben mensen in het land nodig die kunnen helpen om problemen op te lossen. Daarbij is het van belang om vroeg te beginnen en dat is wat er nu gebeurt.” Vanuit die zienswijze vindt Levens dat de leraren meer didactische vaardigheden nodig hebben om het analyserend en probleemoplossend vermogen bij leerlingen in een vroeg stadium aan te wakkeren. “Het is niet de bedoeling dat je dit pas op de universiteit leert. En zo is het curriculum dat nu aankomt.” Op de afdeling Curriculum zijn er overigens 40 personen werkzaam. Levens verduidelijkte dat bij de onderwijshervorming de ontwikkelingsvisie centraal staat en geen politieke motieven. “De methodes en de richting die we opgaan, worden bepaald door de ontwikkelingen om ons heen”, aldus Levens.