“Restitutie rij- en voertuigenbelasting betekent niet dat we geen bustariefverhoging gaan eisen”

De voortgang van de restitutie van de rij- en voertuigenbelasting aan de particuliere bushouders heeft geenszins de bedoeling om de verhoging van de bustarieven in een doofpot te stoppen. Hierop wijst Suraj Sahadew-Lall, voorzitter van de Surinaamse Bushoudersorganisatie (SBO). In gesprek met Dagblad Suriname benadrukt hij dat er in het huidig jaar korte metten gemaakt moet worden met de achterhaalde bustarieven. “De restitutie is slechts een eenmalige kwijtschelding van de rij- en voertuigenbelasting. Sinds 2017 zijn de benzineprijzen gestegen, terwijl de brandstofcompensatie niet aangepast is. Na de devaluatie zijn onze bustarieven ook niet aangepast. Dus in 2019 willen we een bustariefverhoging”, verduidelijkt Sahadew-Lall.
Tijdens de algemene ledenvergadering van de Particuliere Lijnbushoudersorganisatie (PLO) op 26 februari maakte het bestuur kenbaar dat de minister van Openbare Werken, Transport en Communicatie (OWT&C) nog geen besluit heeft genomen over de verhoging van de bustarieven. “PLO praat jaar in jaar uit over een kostencalculatie, maar tot nog toe hebben zij dat nooit gepresenteerd. Het lijkt alsof ze geen tariefsverhoging willen.” Sahadew-Lall brengt in herinnering dat het handhaven van de brandstofcompensatie zeer winstgevend is voor PLO. Zo bedraagt de vergoeding van PLO bij uitbetaling van de brandstofcompensatie SRD 66.000. De specificatie hiervan ziet er als volgt uit: vergoeding van de leden die de uitbetaling verrichten (SRD 41.250), locatiekosten (SRD 2.250), brandstofkosten (SRD 2.750), uitbetalingskosten in Nickerie (SRD 2.500), voeding (SRD 3.000), administratiekosten (SRD 12.000) en vergaderkosten (SRD 2.250). “Hierdoor komt PLO niet op voor de bustariefverhoging, maar wij van SBO gaan dat opeisen”, aldus Sahadew-Lall.
KSR

error: Kopiëren mag niet!