Ivan Fernald, prominent lid van NPS, plaatst zijn kanttekeningen achter de nieuwjaarstoespraak van president Desi Bouterse. Hij merkt op dat de president op dinsdag wederom concrete plannen heeft voorgeschoteld aan de samenleving om de economische realiteit van Suriname ietwat te verzachten. Fernald beklemtoont in gesprek met Dagblad Suriname dat de taak van een president niet eindigt bij het geven van hoop. Zoals in het jaar 2018 is gebleken is er nauwelijks werk van gemaakt om de beloofde projecten uit te voeren. Enkele van deze projecten waren: een woningbouwfaciliteit van maximaal SRD 50.000 voor minimaal 1.000 personen, het opkrikken van de houtverwerkingsindustrie, het opzetten van een Sociaal-Medisch Fonds, het heffen van belasting op het gebruik van kwik in de kleine goudmijnbouwsector, het opzetten van een eigen Surinaamse goudmaatschappij, het in de gelegenheid stellen van 1.000 agrariërs om niet-traditionele exportgewassen/fruit/groente te exporteren naar Europa, en het uitbaggeren van de Nickerie- en Surinamerivier.
Loze beloften
“Hoe kunnen wij nu aan het begin van 2019 inspiratie putten uit de woorden van het staatshoofd? De mooie beloften zijn eerder niet waargemaakt en hebben de geloofwaardigheid daardoor verloren.” Naar zeggen van Fernald dient de president bij het beloven van betaalbare woningen rekening te houden met de realiteit. Het Sociaal-Medisch Fonds, dat evenmin van de grond is gekomen, zou financieel gevoed worden uit extra heffingen op genotsmiddelen (alcohol en sigaretten) alsook consumptieproducten die een negatieve impact hebben op de gezondheid van de mens. “De saneringsmaatregelen voor wat betreft de financiering van de medische zorg, die in de jaarrede van 2018 zijn aangekondigd, zijn niet doorgevoerd. Behalve het schrappen van bepaalde verrichtingen uit het aangeboden pakket van de basiszorg heb ik niets anders gemerkt.” Fernald voert aan dat de kleinschalige goudsector ondertussen geen meeropbrengsten heeft opgeleverd. Integendeel kijkt de overheid met lede ogen toe hoe de Skalians op het stuwmeer en in de rivieren het milieu aan het vernietigen zijn. “Kennelijk wordt de gezondheid van mensen ondergeschikt gemaakt aan de economische voordelen van een kleine elite groep.”
110.000 personen leven in armoede
Volgens Fernald heeft het volk in de afgelopen jaren enorme offers moeten brengen. Dit komt onder andere tot uiting in de daling van de koopkracht. Uit een recente publicatie van de World Data Lab leeft 19,8% (110.000 personen) van de bevolking in Suriname in armoede. Hij spreekt van een kunstmatige stabilisatie van de Surinaamse munt aangezien er nog steeds een grote aanvoer is van geleend buitenlands kapitaal. De reële stabiliteit wordt bereikt door regulering van de geldhoeveelheid en toename van de productie. Fernald benadrukt dat de jaarinflatie vanaf 2015 tot heden neerkomt op bijkans 85%. “Het leven is voor veel burgers ondraaglijk geworden. Het volk smacht naar verbetering van de economische situatie en verlichting van de sociale noden.” Hij wijst eveneens op het feit dat de hoogte van de overheidsuitgaven voor 2019 vastgesteld is op SRD 15.273 miljoen, waarvan SRD 7.000 miljoen geleend moet worden. De rente op de staatsschuld is bijkans SRD 1.000 miljoen. “De bewering dat de overheid haar uitgaven streng in de hand houdt, wordt dus niet ondersteund door de ingediende ontwerpbegroting van het dienstjaar 2019”, aldus Fernald.
KSR