Voorzitter Dilip Sardjoe van de Bauxietonderhandelingscommissie heeft te kennen gegeven, dat de onderhandeling die al vier jaar gaande zijn, nog geen miljoen Amerikaanse dollar hebben gekost. In de wandelgangen herhaalt hij steeds, dat in vergelijking met de complexe – en taaie materie en het werk dat verzet is, de kostprijs niet noemenswaardig is. Aangegeven werd, dat president Desi Bouterse bij de instelling van de Bauxietonderhandelingscommissie, zich in termen van US$ 5 miljoen heeft uitgedrukt.
Vele duizenden manuren
Sardjoe heeft het tegenover Dagblad Suriname gehad over vele duizenden manuren die het onderhandelingsproces heeft gevraagd van deskundigen met verschillende disciplines en consultants. Er is vergaderd in Suriname, Nederland en de Verenigde Staten van Noord-Amerika. ‘Komt bij kijken de maatschappelijke druk, die niets anders dan het beste voor Suriname wil zien komen uit de onderhandeling. Of de commissie daarin geslaagd is zal moeten blijken uit de uitvoerige puntsgewijze behandeling van de ontwerpovereenkomst in De Nationale Assemblee.’
Ontwerp-machtigingswet
Er moet een formele gevolgd worden om te komen tot het bekrachtigen van de overeenkomst. ‘Er is een speciaal daartoe ingediende ontwerp-machtigingswet die de regering de bevoegdheid geeft om de Brokopondo overeenkomst van 1958 vroegtijdig te beëindigen en nieuwe overeenkomsten aan te gaan. De regering van Suriname is destijds gemachtigd door de Staten van Suriname, om de overeenkomst aan te gaan op basis van een machtigingswet. De Brokopondo-Overeenkomst is geen wet.’
Schadevergoeding
Het aangehaalde wetsontwerp gaat ook over een zogenaamde schadevergoeding, die moet regelen, hoe om te gaan met schadeclaims van personen, die schade hebben ondervonden door de mijnactiviteiten van Suralco op hun terreinen. Suralco blijft aansprakelijk voor toekomstige onbekende saneringen, indien kan worden aangetoond, dat Suralco de vervuiler was. Er is eveneens een regeling voor schadeclaims van geïdentificeerde en niet geïdentificeerde personen, die schade hebben ondervonden door de mijnactiviteiten van Suralco. Rechthebbenden mogen tot vijf jaar na ondertekening van de overeenkomst een claim indienen.
Niet uitdrukkelijk verplicht
Sardjoe over wanprestatie van Suralco: ‘Hoewel Suriname de concessie met betrekking tot het waterkrachtwerk voor een periode van vijfenzeventig jaar heeft toegekend aan Suralco, bevat de overeenkomst geen uitdrukkelijke bepalingen voor de vroegtijdige beëindiging van de overeenkomst. Volgens de Oovereenkomst is Suralco verplicht het waterkrachtwerk in goede staat over te dragen aan Suriname bij het einde van de overeenkomst. Behalve het ontbreken van bepalingen voor de vroegtijdige beëindiging van de overeenkomst, bevat de overeenkomst tevens een verplichting voor het handhaven van een geïntegreerde industrie tot 2033.’
Wanprestatie van Suralco?
De commissie concludeerde: ‘Hoewel de intentieverklaring en de overeenkomst een verplichting opleggen aan Suralco om dergelijke installaties te bouwen, bevatten zij geen uitdrukkelijke verplichting om een dergelijke industrie in zijn geheel gedurende 75 jaren te handhaven. Door afwezigheid van deze bepaling kan Suralco, volgens de geconsulteerde adviseurs, geen wanprestatie verweten worden.’
Waterkrachtwerk
Volgens de commissie bestaat er: ‘geen regeling voor de teruggave van het waterkrachtwerk voor 2033’. ‘Het Afobaka waterkrachtwerk zal op 31 december 2019, in goede staat worden overgedragen aan de Republiek Suriname. De Republiek Suriname dient nog een besluit te nemen of het waterkrachtwerk zal worden overgedragen aan een nieuw bedrijf, waarvan de Staat 100% aandeelhouder is, of aan een bestaand overheidsbedrijf actief in de energiesector.’
Milieuherstel en sanering
Suralco is verantwoordelijk voor bodemsanering en rehabilitatie en alle kosten, daaruit voortvloeiend, zullen door haar worden gedragen. De bodemsanering- en mijnrehabilitatieplannen worden ter beoordeling voorgelegd aan de overheid, welke voor de monitoring en verificatie dient zorg te dragen. De gehanteerde werkmethoden, standaarden en richtlijnen, zijn gebaseerd op Amerikaanse principes en normen, bij gebrek aan lokale wetgeving op dit stuk.
Suralco nog niet weg uit Suriname
Sardjoe: ‘Het vroegtijdige beëindiging van de Brokopondo-Overeenkomst en het tekenen van de nieuwe overeenkomsten, betekenen geenszins het definitieve einde van de bauxietindustrie noch het definitieve einde van de aanwezigheid van Alcoa in Suriname. Alcoa zal nog jaren actief zijn in Suriname om uitvoering te geven aan het milieuherstel, het saneringsprogramma en het Bakhuis Ontwikkelingsprogramma.’
Alcoa wil partner van Suriname blijven
Volgens de spreker: ‘Indien het Bakhuis Ontwikkelingsprogramma haalbaar is, heeft Alcoa aangegeven dat, indien Suriname dat wenst, zij een partner wil zijn van Suriname. Suriname heeft de keuze om zelf te bepalen met wie zij wil samenwerken indien het project haalbaar is.’
HD