Staatsolie Maatschappij NV wilde middels een marktonderzoek weten wat de lokale markt precies kan aanbieden om mee te doen bij de ontwikkeling van de offshore olie-industrie. Vaststaat dat ruim 80% van de Surinaamse bedrijven kleine bedrijven zijn. Tom Fauria, vicepresident & country manager bij Kosmos Energy Suriname, stelde onlangs dat Suriname vanwege het kostenplaatje heel wat geld verliest aan Trinidad & Tobago. Haar kustbasis is in Trinidad en Tobago. Sommige operaties worden in Suriname uitgevoerd, maar die zijn op een relatief minimum. Suriname verliest hierdoor al heel wat mogelijkheden die in de orde van US$ 5 miljoen per jaar liggen. Trinidad maakt momenteel gretig gebruik van de mogelijkheden die Suriname niet kan benutten. En dit is alleen naar het geval in de exploratiefase.
Waar Suriname wel rekening mee moet houden, is het feit dat de nodige Trinidadiaanse bedrijven in vergelijking met Surinaamse bedrijven (waar een deel van nog niet eens bestaat) veel beter kunnen concurreren. De minder goed begaanbare Surinamerivier maakt de zaak nog moeilijker voor Surinaamse bedrijven om diensten te verlenen of om iets op te starten. Daarnaast moet ook worden opgemerkt dat de olie-industrie in Suriname nog geen halve eeuw bestaat. Dit, terwijl Trinidad al bijkans een eeuw actief is in de sector. VSH-topman Patrick Healy vroeg Staatsolie als er een mogelijkheid bestaat om service industrieën in van Suriname en Guyana te synchroniseren. “Politici kunnen soms anders denken, maar het groter plaatje (1.2 miljoen mensen is interessanter dan 500.000 (Suriname) of 750.000 (Guyana)”, zei Healy op een informatiedag van Staatsolie vorig maand.
Hij haalde dit aan om vooral aandachtpunten te identificeren voor politici, om Suriname en Guyana te helpen ontwikkelen, terwijl beide landen tegelijkertijd ook kunnen concurreren tegen Trinidad. Vanuit Staatsolie’s internationale consultant DAI Global Inc zou er behalve concurrentiemogelijkheden, ook partnering mogelijk kunnen zijn met Trinidad. Dit, vooral gezien de ervaring die Trinidad heeft in deze Industrie. “Bij dit soort partnerschappen gaat het altijd om wat partijen op tafel kunnen leggen. De ene kan met infrastructuur komen, terwijl de andere met kennis”, stelt een DAI-vertegenwoordiger. In termen van het synchroniseren van de krachten van Guyana en Suriname, zijn er theoretisch daartoe ook goede kansen. Samen kunnen beide landen meer capaciteit, volume en vaardigheden produceren. Dit hoeft echter niet alleen tot de olie-industrie te blijven. Beide landen kunnen het samenwerken ook in andere sectoren toepassen. Er zijn voorbeelden van succes in de wereld. Suriname en Guyana hebben genoeg af te kijken, maar tegelijkertijd genoeg werk te verrichten.
Kavish Ganesh
