De Nationale Assemblee had gisteren een wetsvoorstel besproken over het reeds getekende akkoord inzake de maritieme afbakening tussen Suriname en Frankrijk. Op 8 november 2017 is het akkoord door de beide regeringen getekend. Er was al eeuwen geleden onderhandeld tussen Nederland en ook Engeland tegenover Frankrijk. Bij onze onafhankelijkheid in 1975 was de oostgrens tussen de twee landen (Suriname en Frankrijk/Frans Guyana) nog niet exact vastgesteld. Maar Suriname is ook in een grensdispuut verwikkeld met Guyana. Internationaal wordt de kaart conform de Guyanese lezing geaccepteerd en gebruikt. Volgens de oppositie is ook de zuidgrens niet onder effectieve controle. Het gaat om onbewoond bos. Er vinden in dit zuidgebied aangrenzend aan Brazilie een heleboel illegale handelingen plaats zoals mijnbouw, visvangst en jacht. Wat is de voortzetting van de Marowijnerivier (en eigenlijk de Lawa)? Frankrijk en Suriname verschillen wat dit betreft van mening. Wij gaan ervan uit dat de Marwini (Marowijnekreek) de voortzetting is, Frankrijk gaat uit van de Litani. Een gemengde commissie van 1861 gaat ook uit van de Litani. Suriname baseert zijn opvatting op de benaming en niet op de grootte van de rivier. Een Nederlandse delegatie 1793 gaat uit van de Marwini. In 1939 kwam een ontwerpverdrag tot stand dat de Litani als grens aangaf. Door de uitgebroken oorlog kon dit verdrag niet worden afgerond. Tot en met de Lawa is er geen dispuut, verschil van mening is vanaf de vertakking van de Lawa in de Marwini en de Litani. Er is overeenstemming dat de middenlijn de grens is tussen de twee landen. Bij de maritieme afbakening gaat het echter om het zeegebied. De oppositie heeft aangegeven dat het stil zijn over grensgeschillen een beleid kan zijn, maar dat het gevaarlijk kan zijn. Dat is gevaarlijk omdat niets zeggen betekent dat men de grens zoals anderen dat willen, heeft geaccepteerd. Er zijn uitspraken geweest waarbij rechters hebben beslist dat een land een stuk territorium heeft prijsgegeven door bezetting te tolereren en te accepteren. De oppositie vindt dat in de samenwerking die met dit verdrag gepaard gaat, meer gebruik moet worden gemaakt van ontwikkeling van toerisme, sport en trainingen. In de jaren 60 is een andere lijn in zee overeengekomen en nu wordt een andere lijn in het verdrag voorgesteld. De oppositie heeft gevraagd hoe Suriname de terrotoriale intergriteit zal bewaken, welke vaker wordt geschonden door zeepiraten. Nu er een samenwerking is, is het ineterssant om te weten hoe men op dit gebied zal samenwerken. De oppositie heeft benadrukt dat stil zijn acceptatie betekent en vooral in het geval van het westen. De president heeft eens een keer verklaard dat er belangrijkere dingen zijn om over te praten dan over de grenskwestie. Dat is een zeer onverstandige houding van de regering. Deze regering is inderdaad heel stil geweest. De indruk heeft bestaan dat de Surinaamse president de Tigri driehoek heeft opgegeven in ruil voor een persoonlijke samenwerking met de Guyanese president, zodat onze president internationaal met hem kon optrekken en zelfs met hem kon reizen. Dat heeft te maken met enkele internationale signalementen die er zijn voor onze president; hij kan niet vrij reizen omdat hij in bepaalde domeinen zou kunnen worden gearresteerd. Hij is namelijk ook in bepaalde landen gevonnist. In elk geval is het duidelijk dat deze regering, om Guyana zoet te houden en om een verdergaande isolement van de president te voorkomen dit standpunt heeft ingenomen. Er zijn overigens hoge Surinaamse diplomaten die nu lijken hun verhuizing naar en een dienstverlening aan Guyana te regelen. Het maritiem gebied in het westen is door de VN Unclos tribunaal bevestigd, in het oosten zullen de twee landen het zelf regelen. Maar in het zuiden blijven de kwesties open. Het betwist deel in het zuidwesten is veel groter dan in het zuidoosten. Surinamers willen Suriname zo groot mogelijk houden, maar er is een realiteit waarmee rekening moet worden gehouden. Tigri is de facto al Guyanees grensgebied, internationaal is er ook draagvlak daarvoor. Officieel is het uitgangspunt van de Surinaamse regering dat Tigri (New River Triangle) Surinaams grondgebied is, maar de huidige Surinaamse regering komt niet openlijk uit met dit standpunt en is ook niet bereid om daarvoor op te komen. De weinige vrienden die we nu internationaal hebben, wil men niet tegen het hoofd stoten. Wetenschappelijk lijkt het in het zuidwesten niet uit te maken hoe de voortzetting van de Corantijn precies naar de grens met Brazilie loopt. Er zijn twee gelijkwaardige vertakkingen (even sterk) die als voortzetting van de Corantijn kunnen worden aangemerkt. Beslissend zullen dus andere zaken zijn zoals ‘rechtsverwerking’, dus het recht dat gevestigd wordt door tijdsverloop (lees: het zich neerleggen bij een feitelijke situatie). Tigri lijkt verloren gebied te zijn, het is een uitdaging om dat toe te geven omdat de schuldvraag vervelende uitkomsten kan bieden. Nationalistisch kan dan blijken antinationalistisch te zijn. In het zuidoosten zouden de geschiedenis en de wetenschappelijke beoordeling van de Corantijn en Lawa eerder pleiten in het voordeel van Frankrijk (Frans Guyana). Ook nu blijkt dat het enorme landoppervlak van Suriname en de uitgestrekte grenzen te groot zijn voor de kleine Surinaamse bevolking. Als de vlucht door de Surinamers die niet in Suriname geloofden er niet was geweest, zou de Surinaamse bevolking nu ongeveer 900.000 zielen tellen. Daarmee zou Suriname een veel sterkere en rijkere democratie zijn geweest dan nu. Van de kleine bevolking zit een deel nog te hinken tussen Suriname en Nederland, dit deel heeft logischerwijs moeite om productief te zijn. Het blijft een uitdaging voor de kleine bevolking om Suriname te beheren en te ontwikkelen.