De Sociaal Economische Raad (SER) heeft nog geen formeel adviesaanvraag ontvangen van de regering inzake aanpassing van het minimumuurloon. Dit verneemt Dagblad Suriname van Welingelichte bronnen. Er is getracht deze informatie te verifiëren met SER voorzitter Imro Fong Poen. Hij deelde wel mee dat de SER werkt richting gevraagd advies geven aan de regering in plaats van dat op eigen initiatief te doen. Verder wenste hij niet in te gaan op wat er momenteel op agenda staat.
Minister Soewarto Moestadja van Arbeid deelt mee dat de regering nog bezig is met de kwestie, en hij daarom niet vooruitlopend een reactie kan geven over de status van zowel het advies als een besluit. Het bedrijfsleven heeft bij aankondiging van het eerder genomen besluit ter invoering van een nieuw minimumuurloon, enkele maanden terug, bezwaar geuit. Ook die dacht, te zitten wachten op een advies van de SER.
Robby Berenstein, voorzitter van de vakcentrale C-47 stelt tegenover Dagblad Suriname dat de aanpassing van het minimumuurloon allang in moest gaan. Ook bij de vakbeweging bestond de indruk dat de SER inderdaad is gevraagd naar een advies. Berenstein zelf is niet op de hoogte van het wegblijven van de adviesaanvraag. Van externe bronnen wordt ook vernomen dat de regering wel een verzoek indiende, maar dat verzoek niet op correcte wijze werd gedaan. In ieder geval niet in de format waarin verzoeken worden gedaan. Het verzoek moest opnieuw worden geformuleerd. Dit komt neer op: Er is momenteel geen adviesaanvraag en de SER is dus nog niet begonnen met het formuleren van een advies.
De Staatsraad had gevraagd om deze kwestie met spoed in behandeling te nemen. Berenstein is ook lid van de Staatsraad. Hem gevraagd om dit te bevestigen leverde echter een stilte op. Zaken besproken in de Staatsraad worden geheim gehouden. Met een pet op van vakbondsleider, kan hij wel erop hameren dat de aanpassing van het minimumuurloon veel te lang op zich laat wachten.
De SER adviseert op schriftelijk verzoek van de Regering of van De Nationale Assemblee en kan de Regering uit eigen beweging adviseren over de uitvoering van deze wet en andere aangelegenheden van sociale en economische aard. Tot nog toe heeft de regering formeel maar 1 keer een beroep gedaan op de SER om advies uit te brengen. In 2015 was het minimumloon van een arbeider op basis van een 45 uren werkweek SRD 1105,-. Als gevolg van de inflatie was de koopkracht aan het eind van 2015 echter SRD 563. Men had dus maar SRD 563,- om te besteden.
Dit zorgt voor problemen aan de onderkant van de loonladder. Men is overspannen. De koopkracht (met een minimumuurloon van SRD 8,40) zou op basis van 45 uren tussen de SRD 770 en SRD 800 zijn. Er zijn in ons land mensen die minder verdienen dan het minimumloon.
Ook bij de overheid verdient de ambtenaar in de laagste schaal tot september nog SRD 788,-. Dat ook nog bruto. In zeker 35 functiegroepen verdient men bruto minder dan SRD 1000. En dat bij een werkgever die in beginsel ook de controleur is van het minimumuurloon binnen de particuliere sector.
Bij de inwerkingtreding van deze wet werd het minimum uurloon vastgesteld op SRD 4,29. Per 1 januari 2016 werd het SRD 5,22. Momenteel staat het op SRD 6,14. Dit systeem houdt een stelsel in, dat gebaseerd is op een minimum uurloon met een algemene werking en is toepasselijk op een ieder die arbeid verricht of een dienst tegen betaling verleent. Daarnaast wordt voor bepaalde sectoren of beroepsgroepen een specifiek minimumuurloon vastgesteld.
Kavish Ganesh