De Saramaccaners hebben het recht op zelfbeschikking; dat wil zeggen dat ze zonder inmenging van buiten hun eigen gezagsdrager moeten kunnen aanstellen. De regering stelt geen granman vast, maar erkent de aanwijzing door de gemeenschap zelf in een overheidsdocument dat slechts als bedoeling heeft om de bezoldiging van de functionaris te regelen. Zo behoort de regelgeving te zijn en als het niet zo is, dan is er geen erkenning van het zelfbeschikkingsrecht in Suriname. De politiek heeft de neiging om alles te politiseren; kerken, moskeeën, mandirs en traditionele gebruiken worden ook niet gespaard. De politiek in Suriname is ontdaan van alle ethiek, ethische politici worden voor dom aangezien. Het jaar 2020 is het jaar waarin verwacht wordt dat de huidige coalitie zetelverlies zal lijden. Nu is er heibel over de aanstelling van een granman. De aanstelling van de granman is aanvankelijk een puur tribale aangelegenheid van de betreffende gemeenschap geweest, totdat de samenleving tot het inzicht kwam dat deze tribale autoriteiten ook tot ambtenaren moesten worden gemaakt en moesten worden bezoldigd. Op dat moment kreeg de politiek ook inspraak en beslissingsbevoegdheid in puur tribale aangelegenheden. De manier waarop zaken bij de Surinaamse overheid worden gedaan verschilt met de wijze waarop het volgens de culturele tradities van de Marrons geschiedt. Bij de Surinaamse overheid worden besluiten genomen bij willekeur volgens het principe van ‘koffie dik kijken’. Benoemingen zijn overwegend om incompetente mensen die niet werkwillig zijn, te regelen met gratis inkomen. Dat is decennialang gebeurd en dat is de manier waarop de regering mensen benoemt. Fiso-kwalificaties die hard op papier staan, worden overboord gegooid en benoemingen vinden gewoon plaats. Geen haan die ernaar kraait. Dit geldt ook voor de zogenaamde mutaties die abnormale besluiten zijn, maar normaal zijn geworden om wraak te nemen. Volgens de tribale gebruiken wordt gewerkt in de geestenwereld en wordt ook gekeken naar de opvolging volgens familielijnen en de aanwijzing van troonopvolgers door ‘regerende’ gezagsdragers. Vooral het gedeelte van de geestenwereld is interessant en bijna niet op rationele en wetenschappelijke gronden te toetsen. Daar wordt gewerkt op basis van het vertrouwen dat er is in geestelijken die comuniceren met de voorouders middels het orakel. Wanneer de voorouders hebben gesproken, moet hun oordeel worden geëerbiedigd. De aanstelling van een granman is gemaakt tot een administratieve zaak, omdat hij uit de staatskas betaald moet worden op basis van bestuursbesluiten. De granman wordt tot volwaardige granman gemaakt in twee fasen. Ten eerste dient hij los van alle invloeden van buiten de betreffende tribale gemeenschap aangewezen te worden volgens de processen die zijn meegenomen uit Afrika en eventueel hier door de gemeenschap zelf zijn gemodificeerd. In dit tribaal proces is het mogelijk dat er conflicten ontstaan, omdat het niet uitgesloten is dat groepen binnen de gemeenschap uit zijn op macht. We denken bijvoorbeeld aan bosbouw- en mijnbouwrechten. Het proces binnen de gemeenschappen dient binnen de gemeenschappen te worden opgelost, ook de conflicten moeten op de geëigende wijze beslecht worden. De staat heeft hier wel belang bij alleen om aan de fracties te zeggen dat er geen wapen geweld moet worden gebruikt en er dus ook geen oorlog mag uitbreken tussen groepen onderling. Het is voor een politieke regering niet gepast om als politiek gekleurd en niet objectief bestuur geschillen van gemeenschappen te gaan beslechten. Ten tweede moet deze persoon worden benoemd middels een regeringsstuk; dit stuk maakt hem niet tot granman, maar zorgt er alleen voor dat hij een bezoldiging ontvangt. Nu is het mogelijk dat de persoon die aangesteld dient te worden geen politieke vriend, maar juist een politieke tegenstander of een neutrale persoon is. En wij weten dat de Surinaamse regeringen niet graag benoemingen goedkeuren voor politieke tegenstanders of neutrale personen die alsnog tegenstanders kunnen worden. Dat is een ongezond en corrupt gebruik van het Surinaams bestuur gedurende decennia. Dat betekent dus dat het bestuur misbruik kan maken van een conflict om een partijpolitieke vriend aan te stellen. Sterker nog, het is mogelijk dat een hele opvolgingsconflict in een gemeenschap, aangewakkerd is door de regering, om grip te krijgen op die gemeenschap (de Saamakka; de Saramaccaners). De Saramaccaners worden geacht affiniteit te hebben met de partij de BEP en enkele vertakkingen van deze partij. De andere grote groep Marrons, de Aucaners (de Ndyuka), die worden geacht meer affiniteit te hebben met de Abop. Dwars door elkaar zijn er ook verbanden. De NDP werkt nu samen met de BEP, maar heeft de BEP liever als onderdeel van de NDP. Dat is onmogelijk als de BEP geheel en al in tact blijft. Terwijl de BEP politieke activiteiten verricht om in het Saramaccans gebied aan zetels te komen, doet de NDP dat ook in hetzelfde gebied. Ze zijn elkaars concurrenten. Bovendien zijn er een heleboel potentiele mijnbouw-, bosbouw- en landbouwrechten die geexploiteerd moeten worden en waarvoor medewerking van gezagsdragers nodig is. De politiek heeft politieke en economische belangen in het gebied van de Saramaccaners. De tribale structuren van de Saramaccaners zijn niet in staat om aan de samenleving uit te leggen hoe het parlement van de Saramaccaners eruit ziet en wie namens wie praat. Ook is er een instituut ‘jongeren’ dat nu in het geweer komt, maar formeel nergens voorkomt in de tribale structuren. Deze jongeren dreigen nu om de granman met fysiek geweld aan te pakken, want ze verwijzen naar het sturen van politie en leger naar het binnenland. Dat gebeurt alleen als men net als vandalen tekeer zal/wil gaan. Er is een netjes verpakte dreiging vanuit deze jongeren tegen het leven van de granman van de regering die ze niet willen. Nu wordt er een commissie benoemd om de benoeming van de regeringsgranman te organiseren. Enkele commissieleden laten zich bij de instelling van de commissie in partijkleuren portretteren. Dat bevestigt des te meer de geluiden over wat er gaande is.