Ondanks inspanningen zijn resultaten hiv-bestrijding marginaal

Dew Sharman
Dew Sharman
In 2016 had Suriname 500 nieuwe hiv-infecties en 200 aids-gerelateerde sterfgevallen. Er waren 4900 mensen met hiv in 2016, van wie 48% (38% – 58%) toegang kreeg tot antiretrovirale therapie. Volgens een nieuw rapport van Unicef leven in totaal 4800 volwassen en kinderen met hiv in Suriname in 2017. Tevens wijzen deze cijfers uit dat mannen en vrouwen vanaf 15 jaar de grootste groepen zijn, doordat respectievelijk 2300 vrouwen en onder de mannen 2400 besmet zijn. Parlementariër en gezondheidswerker Dew Sharman geeft aan dat de inspanning die tot nu toe in de zorg genomen wordt ten aanzien van deze groep patiënten, heel ruim is, niettemin vindt hij de vooruitgang die geboekt is marginaal. “Ondanks alle inspanningen die gepleegd worden in de hiv-zorg zien we geen grote vooruitgang. Dat zie je tevens aan het aantal doden die optreden ten gevolge van aids, terwijl we eigenlijk miljoenen stoppen in die zorg vanaf de huisartsenzorg tot aan de specialistenzorg en de medicatievoorziening. Die hele zorg is heel uitgebreid, maar dan nog is die awareness van de mensen bij het gebruik van medicatie en veilig seksueel contact haperend. Al jaren vinden wij dat met alle inspanning die wij plegen we veel betere resultaten moesten krijgen. Ik denk dat een stukje educatie en voorlichting naar zeker jongeren toe belangrijk is, zodat zij op een verantwoordelijke wijze omgaan met hun seksueel leven is.”
Sprake van onderrapportage
Sharman zegt dat vanwege de diversiteit van deze samenleving, maar ook de ontwikkeling qua scholing, de mensen op een gedoseerde manier die informatie moeten krijgen. Informatie die zij kunnen begrijpen, wat betekent dat er min of meer gekeken moet worden om de mensen in hun eigen taal van informatie te voorzien. “Vervolgens weten we dat Surinaamse jongeren heel jong beginnen met experimenteren met seks, waarbij de leeftijd soms lager is dan 15 jaar en dat zijn allemaal leeftijden waar je weinig besef hebt van de gevolgen van besmetting.” Die tienersgroep moet dus de belangrijkste target zijn van de overheid. Wat verder opvalt, is dat men niet graag gestigmatiseerd wil worden, waardoor veel zich nog achter de schermen afspeelt. Veel mensen gaan nog steeds niet naar de dokter als ze weten dat ze eenmaal besmet zijn. “Mijn inschatting als gezondheidswerker is dat er zeker sprake is van een onderrapportage. In Nickerie hebben we dat meegemaakt. Het lijkt alsof Nickerie weinig hiv-besmette personen heeft, terwijl men de grens oversteekt om hulp te gaan zoeken in Guyana, waardoor je een onderrapportage krijgt. Er is dus ook op dit gebied meer werk aan de winkel wat het zoeken van hulp bevordert.”
Meer voorlichting nodig
De mensen die je vangt in het systeem zijn de mensen die zelf reeds naar de specialist of dokter gaan. Maar er zijn genoeg mensen die nog steeds geloven dat hiv/aids niet een ziekte is, maar een vloek. Zij zoeken dan allerlei andere opties om die te verwijderen. “Dat is een stukje realiteit waarmee je rekening moet houden”, zegt Sharman. De gezondheidswerker is van mening dat behalve voorlichting je dus zal moeten werken aan het verwijderen van die stigma, die misschien in mindere mate voorkomt, maar toch de oorzaak is van de problemen. “Die acceptatie over de jaren heen is wat beter geworden, maar nog steeds merk je in bepaalde kringen dat mensen geweerd worden. Stigma is veel ruimer dan we denken, vandaar dat het ook belangrijk is om daaraan te werken”, aldus Sharman.
NK

error: Kopiëren mag niet!