De minister van Juspol zat dinsdag in DNA behoorlijk vast toen vragen werden gesteld met betrekking tot het drugsbeleid. De minister is onervaren en heeft geen hoge functies bekleed, het ministersambt is zijn eerste. De minister heeft een afgeronde academische opleiding, maar staat niet bekend om jarenlange bezigheid van intellectuele aard. De minister heeft getoond van goede wil te zijn en een praktische aanpak voor te staan, maar komt centimeters te kort om te komen op de vereiste ‘lichaamslengte’ die van een minister van Juspol wordt verwacht. De minister komt in het leeuwenhol van DNA met doorwinterde oppositieleden, ook uit het korps, capaciteit tekort en dat kan hem op zich niet worden verweten. Misschien kan hem het verwijt worden gemaakt dat hij het ambt niet had moeten accepteren, want dat gaat vooraf aan een persoonlijke afweging van de eigen mogelijkheden en beperkingen. De aanstelling van de huidige Juspol-minister geeft aan dat er een ernstig kadertekort bestaat in Suriname of het is het bewijs dat de huidige politieke constellatie niet in staat en bereid is om het schaarse aanwezige kader in te zetten. Het is zeker ook het bewijs dat de huidige politieke elite niet veel waarde hecht aan ministers, het zou niet verbazen als naar buiten komt dat ministers worden geschoffeerd in gesloten kringen. Het ambt van minister is niet meer belangrijk, de beslissingen worden toch genomen door een kliek die puur regeert op basis van macht en niet op basis van kennis. Het is een militaire stijl van regeren maar wel ongemakkelijk geperst in een knellende keurslijf van een nette in het gareel lopende Caricom wat betreft mensenrechten. Af en toe borrelt het echte sentiment naar buiten, bijvoorbeeld wanneer groepen op straat komen. De minister heeft de vuurdoop in DNA niet doorstaan. De DNA-voorzitter maakte het hem ook niet gemakkelijk met emotionele en irrationele vragen over het wel of niet sluiten van casino’s. Nu blijkt dat de Juspol-minister iets aan het verbergen is over crime in Suriname. De oppositie weet precies wat verborgen wordt, maar geeft geen vol gas. Men wil een escalatie en afkalven van de persoonlijke veiligheid voorkomen. Men wil voorkomen dat bedreigingen worden geuit en dat mensen genoodzaakt worden persoonlijke beveiliging te nemen. De minister van Juspol blijkt twee leugens te hebben verkondigd in DNA. Ten eerste zei hij dat hij de terrorisme unit niet heeft ontmanteld, maar in een circulaire blijkt dat zulks wel is gebeurd. De minister krabbelde toen de ciculaire werd voorgelezen terug door aan te geven dat hij slechts de politeambtenaren uit de unit heeft ‘onttrokken’. De vraag rijst wie dan nog in de unit overblijft als de Juspol-minister zich distantieert van de unit. De vraag rijst ook waarom het voor de minister noodzakelijk was om afstand te nemen van deze unit. Tevens is het een vraag waarom de minister gepoogd heeft om niet de volledige waarheid over deze unit naar buiten te brengen. Opvallend is wel dat de oppositie met de afwijkende informatie in de circulaire over het ontmantelen van de unit, behoorlijk mild is omgegaan. Een tweede mogelijke leugen is de mededeling dat hij de politieambtenaren uit de terrorisme-unit heeft onttrokken na afstemming met de pg. De pg ontkent nu glashard in de media dat er enige afstemming met hem is gepleegd. De kans is groot dat het de minister is die de onwaarheid verkondigt. De vraag rijst nu in het algemeen waarom de minister met betrekking tot een afdeling die zich richt op de georganiseerde crime die de nationale veiligheid kan schaden, een niet transparant beleid eropna houdt. De vraag moet zeker in verband gebracht worden met de reshuffling van de vorige waarnemende minister van Juspol (officieel HI-minister) die naar verluidt uit eigen beweging afstand deed van het ministerschap. Er wordt een verband gelegd met de overhaaste uitspraken die deze minister deed over de drugsduikboot die in Saramacca werd gevonden en welke hem kennelijk tegen de borst stuitte, omdat hij zich erin liet luizen. De ministers van Juspol hebben het het zwaarst te verduren in kabinetten van de huidige politieke coalitie. Men wordt ingezet voor een aantal zaken die niet uit te voeren en te verdedigen zijn, uiteindelijk wordt men gesaneerd. Het kan niet gezegd worden dat op Juspol liegende ministers hebben gediend, wel ministers die zich lieten lenen voor het vuile werk, zich lieten misbruiken en de boel belazerden. Een voorbeeld is de laatste vrouwelijke minister die zich liet misbruiken en een resolutie deed uitvaardigen om het 8 decemberstrafproces stop te zetten. Haar voorganger vertelde ook het halve verhaal toen het ging om de voorwaardelijke invrijheidsstelling van een aantal veroordeelden waaronder ook recidivisten. Nu hebben we naar het schijnt een liegende minister en de vraag rijst of dat acceptabel is. Het heeft te maken met de waarden en normen en politiek moraal. In landen met een hoger politiek moraal houden ministers de eer aan zichzelf. Recent beweerde een Nederlandse minister van Buitenlandse Zaken dat hij in een vorige functie (in 2006) in een bepaalde zaal aanwezig was toen de Russische president een bepaalde uitspraak deed. Later bleek dat de minister zelf niet in de zaal aanwezig was, maar dat iemand die er wel bij was, Poetin deze uitspraak hoorde doen. Deze persoon ontkende later dat Poetin de uitspraak had gedaan en dat hij iets daarover aan de minister had gezegd. Minister Halbe Zijlstra van Buitenlandse Zaken hield binnen een week na deze affaire de eer aan zichzelf in februrari 2018, dat werd ook van hem verwacht in de samenleving. Let wel, de leugen was niet eens verteld in het parlement, maar op een congres van zijn partij.