De benadeelde J.A. blijft erbij dat de verdachte Jerry B. hem op een slinkse manier bewogen heeft om zijn voertuig, een Nissan Terrano van het bouwjaar 1996, mondeling op afbetaling aan hem te verkopen. “Ik heb mijn auto uiteindelijk nooit meer gezien”, zei de benadeelde in de rechtszaal. Jerry is monteur en bood zijn diensten aan J.A toen het voertuig defect was. Volgens de benadeelde betaalde hij eerst een bedrag van SRD 500 om de turbo van het voertuig te repareren. Nadat hij het voertuig terugkreeg, bleek dat het nog steeds dezelfde problemen gaf. Bij een tweede bezoek aan Jerry gaf de monteur hem te kennen dat hij SRD 3000 moest neertellen om de motor te overhalen. Echter, ook dit loste het probleem van de wagen niet op. Naar zeggen van J.A. hield de monteur hem voor om het voertuig dan maar aan hem te verkopen. “Hij zei dat hij hield van die auto”, benadrukte de getuige. Aangezien J.A. geen cent meer in de wagen wenste te stoppen, sprak hij mondeling af dat Jerry het voor SRD 9.000 mocht overkopen. De afspraak was dat dit geld eind maart 2018 moest worden betaald. “Ik liet het voertuig daar voor hem achter, omdat ik de vrees had dat meer reparaties mij op een later tijdstip meer geld zouden kosten. Maar het geld en de auto heb ik nooit meer gezien”, aldus J.A. De verdachte bekent het voertuig te hebben gekocht en gerepareerd, maar ontkent J.A. te hebben opgelicht. Hij heeft echter geen reden aangegeven waarom het geld niet is betaald. In de zaak van Jerry staat ook Harold M. terecht. Op 24 juli worden meer getuigen gehoord.
Faisel Rasoelbaks