Studenten: Binnen drie werkdagen staking doen opheffen
De studenten van de Anton de Kom Universiteit van Suriname (AdeKUS) doen een dringend beroep op president Desi Bouterse om de nodige aandacht te schenken aan het probleem op de AdeKUS. Dit deden zij gisteren middels een schrijven.
“Reeds sinds haar oprichting in 1986 is de AdeKUS de enige universiteit van Suriname. Als bij wet ingesteld instituut is er vanuit de overheid altijd betrokkenheid geweest bij het reilen en zeilen binnen de AdeKUS als hoogste wetenschappelijk instituut van het land. Een van de manieren waarop die betrokkenheid is geïnstitutionaliseerd, is de subsidiering van het instituut, waarbij die subsidies voornamelijk erop gericht waren het studeren aan de universiteit zo toegankelijk mogelijk te houden voor iedere Surinamer. Echter moeten wij nu ruim 50 jaren later concluderen dat die gedachtegang is losgelaten en er steeds meer obstakels ontstaan voor studenten om zich in te schrijven en te ontwikkelen op dit instituut.
Op 11 november 2014 heeft u in hoogst eigen persoon, samen met de huidige Vicepresident (toen nog minister van Onderwijs, Wetenschap en Cultuur) een bezoek gebracht aan de AdeKUS. Daarbij is door u en de leden van uw delegatie meerdere malen benadrukt hoe belangrijk de universiteit is en welke inspanningen getroffen zijn om de toegankelijkheid tot de universiteit te behouden en deze zelfs te vergroten. Een daarvan is het verhogen van de jaarlijkse subsidies van de AdeKUS onder uw bewind. Nu, ruim vier jaren verder, worden de
studenten vrijwel ieder semester met ten minste één staking vanuit de werknemersgroepen geconfronteerd, waarbij het totaal onderwijsproces verstoord raakt, zonder dat er rekening gehouden wordt met de effecten daarvan op de studenten en hun studievoortgang. Ook nu, (sinds 21 juni 1018) , zijn wij weer geconfronteerd met een staking die vanwege de lange duur daarvan op het punt staat dit collegejaar tot een verloren jaar te doen overgaan, zonder dat er daarbij rekening gehouden wordt met de studenten”, stellen de studenten.
De rechtvaardigheid van de huidige staking of de schuldigen in deze zijn voor de studenten niet van belang. Partijen dienen echter volgens hen wel allemaal hun eigen
verantwoordelijkheden op zich te nemen en elkaar te vinden in dialoog en rechtvaardig
handelen jegens elkaar, de studenten en de totale Surinaamse Natie.
“Het mag niet zo zijn dat de studenten steeds het gelach van alle stakingen en tekortkomingen van anderen betalen. Om te helpen het proces voor het komen tot een structurele oplossing van de problemen op de universiteit te ondersteunen dragen wij de volgende oplossingen aan: 1. Dat binnen drie werkdagen al het nodige wordt gedaan om de nu gaande staking te doen opheffen en alle onderwijsprocessen te doen hervatten, rekening houdend met de effecten op de studenten. Dit moet gebeuren op zodanige wijze dat het onderwijsproces niet wederom wordt onderbroken en rekening houdend met alle andere wettelijke voorzieningen die van invloed kunnen zijn op derden (c.q. andere overheidsinstellingen of landsdienaren);
2. Dat de subsidies die conform de door de universiteit ingediende begrotingen nodig zijn om de universiteit draaiende te houden en het onderwijsproces te garanderen door uw
regering in samenspraak met de Nationale Assemblee per direct worden vrijgemaakt en
ter beschikking worden gesteld aan de Universiteit; 3. Dat er binnen 6 maanden een commissie bestaande uit vertegenwoordigers van de universiteit (waaronder studenten) en experts uit de onderwijssector benoemd wordt die een jaar de tijd krijgt een studie te doen naar de verzelfstandigingsmogelijkheden voor de universiteit over een periode van vijf tot tien jaren en: a. daarover een openbaar rapport uit te brengen; b. de overheid, het parlement en alle betrokkenen te committeren aan de uitvoering van een verzelfstandigingstraject, waarbij de overheid en de Nationale Assemblee de garanties bieden dat de benodigde subsidies voor de periode van het verzelfstandigingstraject ter beschikking gesteld zullen worden en dat er controle zal plaatsvinden op de doelmatige en rechtmatige besteding van die
middelen; 4. Dat alle ondersteuning geboden wordt aan het Bestuur van de Universiteit om de aldaar bestaande inefficiënties en verspillingen van middelen, welke niet beperkt zijn tot een overvloed aan menskracht, personen met meerdere salarissen, consultancy door
wetenschappers van de universiteit op eigen titel etc., te doen wegwerken en over te
stappen naar een efficiëntere en meer transparante elektronische administratievoering, ten einde op basis van cijfers en feitelijkheden beleid te maken, uit te voeren en middelen te besteden;
5. Dat het hoger onderwijs, maar in het bijzonder het hoger wetenschappelijk onderwijs wederom tot een van de prioriteiten van de regering wordt verheven, omdat
wetenschap de basis is voor plannen en maken van beleid. Hierbij hoort ook het
betaalbaar en benaderbaar maken en houden van dit niveau van onderwijs, desnoods
door middel van een “Higher Education Tax” of overheidsfinanciering die overgaat tot
een grant bij het succesvol afronden van de opleiding binnen de nominale studieduur en
een gedeeltelijke grant bij het afstuderen binnen de maximale studieduur;
6. Dat wanneer de universiteit, met de medewerking van de overheid en de Nationale Assemblee alle nodige maatregelen getroffen heeft om op een efficiënte wijze de bedrijfsvoering te doen, er gekeken zal worden (in samenspraak met studenten en rekening houdend met de actuele situatie in het land) naar gefaseerd invoeren van collegegelden, om zodoende de studenten op een te rechtvaardigen manier te laten bijdragen aan de instandhouding van de universiteit”, schijft de studentengemeenschap.
Bovenstaande dient volgens hen in samenspraak met de studenten te geschieden, omdat zij tenslotte de grootste klantengroep van de universiteit zijn en de centrale factor behoren te zijn. De universiteit heeft op dit moment geen baat bij verdere verstoringen, dan wel bemoeienis in haar beleid, maar juist een goede communicatielijn met de overheid. Zeker met betrekking tot alle zaken haar rakende, omdat zij als Sui Generis nog altijd een rechtspersoon is.