Minimumleeftijd voor arbeid wordt 16 jaar

Patrick Kensenhuis
Patrick Kensenhuis
De goedkeuring van ‘de Wet Arbeid Kinderen en Jeugdige Personen’ moet volgens NDP-parlementariër Patrick Kensenhuis voorgoed een einde brengen aan de discussie over het onderscheid tussen kinderarbeid en kinderwerk. De minimumleeftijd om arbeid te verrichten, zal met deze wet worden opgetrokken van 14 naar minimaal 16 jaar. “Niet al het werk gedaan door kinderen dient als kinderarbeid te worden geclassificeerd. De participatie in arbeid, die geen invloed heeft op de gezondheid en de persoonlijke ontwikkeling van kinderen, en waarvoor hun scholing niet in gedrang komt, wordt over het algemeen als positief ervaren. Daaronder wordt begrepen het helpen van ouders rond het huis, het bijstaan in een familiezaak en het verdienen van een zakcentje buiten schooluren of in de vakantietijd”, stelde de politicus gisteren tijdens de openbare commissievergadering in de DNA. Volgens de NDP’er, die voorzitter is van de commissie van rapporteurs, dragen deze activiteiten juist bij aan de ontwikkeling van kinderen en het welzijn van de gezinnen, waartoe zij behoren. “Deze vormen van arbeid zorgen ervoor dat kinderen of jeugdige personen skills en ervaring opdoen en helpen hun voorbereiden om productieve leden van de samenleving te worden als volwassenen”, aldus de politicus.
Kinderarbeid gaat ten koste van lichamelijke en geestelijke ontwikkeling
Kensenhuis benadrukte dat kinderarbeid vaak beschreven wordt als werk dat kinderen in hun kindertijd hun potentie en waardigheid ontneemt en welke schadelijk is voor hun lichamelijke en geestelijke ontwikkeling. “Het gaat dan om werk dat mentaal, sociaal, lichamelijk of moreel gevaarlijk is voor kinderen; wanneer kinderen de school vroegtijdig moeten verlaten en of de school moeten combineren met excessieve lange uren en zware arbeid”, aldus de politicus. De NDP’er stelde dat er een rapport bestaat, waaruit blijkt dat wel kinderarbeid in Suriname plaatsvindt.
Armoede bron voor kinderarbeid
Commissielid Mahinder Jogi vindt dat armoede een van de redenen is waarom veel jeugdigen toch ertoe overgaan om gevaarlijke vormen van kinderarbeid te verrichten. “Wanneer in een gezin geen eten is, ouders radeloos zijn en niet weten hoe zij morgen brood op tafel moet leggen, dan zit het gezin goed na te denken. Dan kan het zijn dat met goedvinden van deze ouders of verzorgers de kinderen een dag niet naar school worden gestuurd, maar gevraagd worden om buurman te helpen met het schoonmaken van zijn tuin voor SRD 30 of SRD 50. Daarmee kan dan brood worden gekocht voor een week. Op een gegeven moment raakt het kind dan ontwend van de schoolbanken. Het is dan niet vreemd, omdat het kind geld ziet. Volgens het concept van dat kind kan geld alle problemen oplossen”, benadrukte de VHP’er. Volgens hem moet de regering de zaak op dit punt heel diepgaand in beschouwing nemen.
Landelijke situatie in kaart brengen
Volgens Patricia Etnel (NPS) moet er inderdaad gekeken worden naar de thuissituatie van de kinderen, waarna de overheid beleid moet loslaten om de kinderen vroeg te beschermen. Vooral het drop-outprobleem is volgens haar groot, omdat ouders het thuis vanwege de economische situatie ook steeds moeilijker krijgen. Volgens haar moet er ook een landelijk rapport komen over wat er in de overige districten gebeurt, aangezien nu alleen de situatie in Paramaribo bekend is.
Geen knippaverkopers meer op straat zien?
De serieuze aandacht wordt nu gegeven aan jongeren die werken op de goudvelden in het binnenland en kinderen die bij verkeerslichten knippa’s verkopen. Volgens Jogi moet het duidelijk worden of na aanname en afkondiging van deze wet de jonge knippa- en krantenverkopers van de straten zullen verdwijnen. Dit is volgens hem een grove vorm van kinderarbeid. Etnel ondersteunde deze mening en vroeg naar wetgeving waarmee dit zal worden aangepakt.
Schoolplicht nodig
Jogi benadrukte dat hij het jammer vindt dat er geen schoolplicht is en juist alleen een leerplicht bestaat in Suriname. Hij vindt dat kinderen verplicht moeten worden naar school te gaan om zodoende te werken aan een betere toekomst. Leerplicht is de wettelijke verplichting om kinderen onderwijs te laten volgen. Wanneer sprake is van de verplichting om dit aan een school te doen, wordt dit schoolplicht genoemd. “Wanneer dit niet wordt gedaan, vraag ik mij af op welke wijze deze wet zal voldoen”, aldus Jogi.
FR

error: Kopiëren mag niet!