Kantonrechter Ingrid Lachitjaran heeft maandag een getuige opnieuw gehoord in de strafzaak tegen de verdachte Giovanni F. In deze zaak heeft het OM een gevangenisstraf van 3 jaar geëist. De vervolgingsambtenaar achtte het feit wettig en overtuigend bewezen. De verdachte heeft gepoogd zijn nichtje C.P. (24) te verkrachten, hoewel hij weet zij geestelijk handicapt is. De verdachte ontkent dit strafbaar feit te hebben gepleegd, maar daartegenover heeft het OM het bewijs wel. De officier van justitie zette het bewijsmateriaal op een rijtje. Uit het proces-verbaal van de aangever R.B. zijnde de vader van de verdachte en grootvader van het slachtoffer blijkt dat de verdachte deze gedraging ook al eerder heeft getoond. Giovanni heeft in 2005 bij een ander nichtje iets dergelijks geprobeerd. De moeder van het slachtoffer had toen aangifte gedaan tegen de verdachte. De getuige verklaarde op de zitting dat zij op die bewuste dag bezig was met werk toen haar zoon de slaapkamer deur open deed. Zij keek om en zag de verdachte op zijn knieën tussen de gespreide benen van het slachtoffer. Zij heeft toen de verdachte rekenschap gevraagd. De verdachte zei het volgende “Ogalaya mi wang beng poti maar mi no poti”. Hieruit begreep zij dat hij geprobeerd had seks te bedrijven met het slachtoffer maar dat het hem niet is gelukt. De verdachte bleef erbij dat hij niets heeft gedaan met het slachtoffer. Hij was inderdaad op zijn knieën op het matras, maar dat was omdat hij bezig was zijn telefoon te plaatsen. De getuige is op de zitting teruggekomen n verklaarde dat de broek van de verdachte niet omlaag was getrokken. Hij was na het geval gelijk opgestaan en is achter de deur gaan staan om zijn rits of knopen dicht te maken. De getuige is toen uit de woning gelopen gevolgd door de verdachte die haar steeds smeekte om niemand iets erover te vertellen. Zij heeft het voorval in bijzijn van de verdachte aan een tante verteld. De verdachte bleef in zijn laatste woord volhaarden dat hij onschuldig is en heeft vergiffenis gevraagd. Kantonrechter Lachitjaran vroeg waarom hij vergiffenis vraagt, als hij niets heeft gedaan. De verdachte begon toen om de feiten heen te praten. Op 18 juni velt de rechter uitspraak in deze zaak.
Saskia Bandhan