Iwan Poerschke, lid van de Vereniging van Economisten, constateerde onlangs tijdens een openbare discussieavond van de Spatial Planners Association Suriname (Spasu) dat er twee zwakke partijen in Suriname zijn. De eerste is de overheid. Die is zwak met al haar instellingen en instituten die noodzakelijk zijn. Ook het bedrijfsleven is zwak. Het gevolg daarvan is dat er door de jaren heen geen consistente keuzes worden gemaakt. “Vanaf 1985 is er nauwelijks geïnvesteerd in de agrarische sector (noch door de overheid noch door de private sector). Het gevolg is dat wij geen verwachtingen mogen hebben dat de sector bloeit. Integendeel gaat het achteruit. Dit is een logisch gevolg. Wanneer wij zien dat Staatsolie wel bloeit, komt dat omdat er US$1 miljard is geïnvesteerd in een fabriek”, stelt Poerschke.
Die US$ 1 miljard creëert rechtstreekse werkgelegenheid voor bijkans 300 mensen. Een (1) werkplaats heeft in dit deel van de extractieve industrie minimaal ruim US$ 3 miljoen gekost aan investering. De extractieve industrie kan volgens Poerschke echter niet de arbeidsplaatsen creëren die het land nodig heeft. Dit moet middels andere sectoren worden gedaan. Investeren in de agrarische sector of in de dienstverlening is naar zijn oordeel vele malen goedkoper, dan in de mijnbouw. “In de landbouwsector weet geen enkele planner hoeveel die moet investeren om een stukje ontwikkeling te krijgen of om goede arbeidsplaatsen te creëren. In de jaren 75 zijn die berekeningen wel gemaakt. Toen koste een arbeidsplaats ruim US$ 75.000 in de landbouwsector. Er is toen nog miljoenen in geïnvesteerd. Vandaag gebeurt dat niet meer”, zegt de econoom. De investering in de landbouw om 1 arbeidsplaats te creëren, zou volgens Poerschke vandaag wel tussen de US$ 100.000 en US$ 150.000 kunnen kosten. “Wanneer we praten over het tot ontwikkeling brengen van een voedselschuur in Suriname, moeten wij man en paard noemen. Als je een voedselschuur wilt hebben, moet je dus ook investeren. Wij zitten hier niet alleen op de overheid te wachten. Ook op de private sector wordt er gewacht”, aldus Poerschke.
Kavish Ganesh
