De roep vanuit kleinere politieke partijen, die pre-electorale samenwerkingen prefereren, is onlangs begonnen. De vrees bestaat in het veld dat bij de langverwachte aanpassing van het kiesstelsel, politieke partijen het verbod opgelegd krijgen, om voor de verkiezingen samen te werken. De Vooruitstrevende Hervormingspartij (VHP) wenst formeel inzage te hebben in het advies dat door de presidentiële commissie is opgesteld. Het advies is gegeven aan de president, maar het zijn nog steeds de politieke partijen die ermee moeten werken. Politieke partijen hebben de afgelopen 2 jaren intensief met de commissie gewerkt die de wijziging van het stelsel moet voorbereiden.
“Het is niet meer dan normaal inzage te krijgen”, stelt Stanley Raghoebarsing van de VHP. De partij heeft het adviesrapport al 2 keren opgevraagd. De wijziging is voor de VHP in ieder geval belangrijk. Dit, ondanks zij duidelijk heeft aangekondigd de verkiezingen van 2020 zelfstandig te zullen ingaan. “Wat de partij als voorstellen gedaan heeft, komt neer op 2 hoofdlijnen. Men vraagt naar een rechtvaardiger stelsel.” Hierbij noemt Raghoebarsing het voorbeeld van bepaalde districten, waar kandidaten met weinig stemmen zetels kunnen halen. “Dit, terwijl in Paramaribo bijvoorbeeld, kandidaten enkele malen meer stemmen moeten halen om aan een zelfde zetel te komen. “Dat is oneerlijk naar de kiezers toe in de districten Paramaribo en Wanica. Dat moet een stuk eerlijker”, stelt hij.
Het tweede voorstel is om het stelsel gemakkelijker te maken. “Het stelsel is erg ingewikkeld en leidt tot demotivatie bij kiezers en politieke partijen. Men moet met de regels werken, en wringt zich in allerlei bochten om te voldoen aan de regels. Het laatste is te zien met het woonplaatsbeginsel. Het is nooit de bedoeling geweest dat mensen, zoals recent, op zo een manier omgaan met het woonplaatsbeginsel”, stelt de politicus.
Het opkomend geklaag door kleine politieke partijen begrijpt Raghoebarsing wel. “Het punt van geen pre-electorale samenwerking is een punt van de Nationale Democratische Partij. Dat wil de NDP hebben. Het vermoeden is inderdaad, als zou de NDP dat alleen maar doen om zichzelf te bevoordelen”, meent de VHP’er. Het kiesstelsel werkt naar zijn oordeel vooralsnog in het voordeel van grote partijen. Het benadeelt kleine politieke partijen. “Je kon dat zien aan de hand van de stemmen van de partij Democratie en Ontwikkeling in Eenheid (DOE), die ondanks bijkans 12.000 stemmen, buiten de boot viel met maar 1 zetel”, meent Raghoebarsing. Aan de ene kant geeft hij het stelsel wel gelijk als er geen stimulans is voor een veelheid aan politieke partijen. In het stelsel moeten er volgens hem wel beloningen worden aangegeven voor samenwerken.
Het kiesstelsel behoort een levend instrument te zijn. Vanaf 1866 is het stelsel 7 keer gewijzigd. De laatste wijziging was in 1987 (31 jaar geleden). “Waar wij als regeerders en politieke partijen ook naar moeten kijken, zijn de gevoelens in de gemeenschap. Die zijn duidelijk. Het vertrouwen in de politiek verdwijnt. Met een rechtvaardiger en eenvoudiger stelsel, kan je dat vertrouwen voor een deel terugwinnen”, meent hij. Een van de voorbeelden die het vertrouwen schaadt, is het beginsel van overlopen van gekozen volksvertegenwoordigers. Dit, ondanks er regels zijn, regels die zelfs door het parlement terzijde worden gelegd. “Het kan nooit de bedoeling zijn van de wet om je te laten kiezen en vervolgens te laten omkopen. Dat is verloedering van de spelregels van het kiesstelsel”, aldus Raghoebarsing.
Kavish Ganesh