Carla Boëtius: “Niet de staat is aan het falen, maar politieke bestuurders”

Carla Boëtius, voorzitter van de Surinaamse Vereniging van Journalisten (SVJ), is net als de volksvertegenwoordiger Krishna Mathoera (VHP) van oordeel dat Suriname op weg is een failed state te worden. Echter plaatst Boëtius dit in een ietwat ander context. “Het land op zich, met al de natuurlijke hulpbronnen en vele mogelijkheden, is er nog, maar het zijn de politieke bestuurders die falen”, accentueerde de SVJ-voorzitter op dinsdagavond tijdens de kennisrijke bijeenkomst van Kenniskring. Zij merkt op dat Suriname geheel door de politiek geleid wordt. “Vele zaken die zich voordoen in Suriname, worden dus vanuit de politieke bril bekeken.” Dit geldt niet alleen voor de coalitieleden in De Nationale Assemblee (DNA), maar ook voor de oppositieleden die vrijwel alle gebeurtenissen bekritiseren om zogenaamd op het politiek vlak te kunnen scoren. “De coalitie bijvoorbeeld praat alles goed, hoe krom en scheef het ook is, terwijl de oppositie alles juist bekritiseert.” Daarom vindt Boëtius dat een failed state geassocieerd moet worden met de handel en wandel van de machthebbers. “Zij hebben gefaald om het land naar grotere hoogten te brengen om de bevolking te geven waar ze recht op hebben. Nu is Suriname geen failed state, maar we moeten onze zaken wel goed op orde stellen, anders lopen we inderdaad het risico om een failed state te worden.”
Boëtius relateert dit falen aan het fenomeen, waarbij journalisten hun beroep inruilen om ambtenaar te worden. “Doordat de mediahuizen falen om hun personeel goed te betalen/ waarderen, krijg je dat de journalisten of mediawerkers wegtrekken om in dienst te gaan van de overheid. Hierdoor blijven er weinig onafhankelijke en sterke mediapersonen/ journalisten over.” De waarderingsproblematiek van het personeel heeft overigens niet alleen betrekking op de mediabranche, maar vrijwel op elke sector in Suriname. Boëtius bakende dit echter af tot de mediabranche. Als voorzitter van de SVJ streeft zij ernaar om desalniettemin de onafhankelijkheid onder de journalisten te waarborgen. “We willen zoveel mogelijk mondige en onafhankelijke journalisten, die niet alleen hun rechten en plichten kennen, maar ook de ethische principes naleven. Zonder enige bemoeienis van de overheid moeten wij ons werk kunnen doen.” Thans is er voldoende ruimte voor persvrijheid in Suriname. Hierdoor kan de mediabranche goed opereren, stelt Boëtius. “In feite is er geen vrije meningsuiting en democratie in een failed state. Dus Suriname doet het momenteel vrij goed. Als er niet zoveel corruptie en corruptelingen waren, zouden we een heel welvarend land zijn met 17 ministeries, die allemaal een gunstig beleid zouden uitvoeren”, aldus de SVJ-voorzitter.
KSR

error: Kopiëren mag niet!