Ik was pas bisschop en nam mijn intrek in het bisschopshuis. Naast het huis staat een beroemde advocaatboom. Beroemd omdat Mgr Zichem daar veel mensen blij mee wist te maken met de mooiste, grootste en lekkerste advocaten van Paramaribo. Het zat echter vol fowrudoti en telkens als we die wegkapten groeide het als een kanker zo snel weer aan. Er waren droge en rottende takken die plotseling afbraken en met een smak op de grond vielen. De boom hing schuin en de tuinman zei: “A o go fadon na tapu a oso,” het gaat op huis vallen. Het is oud en ziek, overwoekert door fowrudoti en houtluizen en bovendien hol van binnen.
Als je pas de macht hebt gekregen dan wil je daden stellen om te laten zien dat je iets kan. Dus zei ik: “We kappen die boom!” Het heeft toch jaren geen vruchten meer gegeven. Ik kende de parabel van Jezus wel, die vertelde, “Geef die boom nog een jaar, als het dan nog vruchten draagt, hak die dan om.” Maar dat was hier zeker niet van toepassing, dacht ik. Ik belde en ja hoor: “We komen.” Na een maand was er nog niemand gekomen. Dus nog eens, “Die boom moet weg, het gaat op mijn huis neerstorten, het is overwoekert door fowrudoti. Bij de eerstvolgende sibibusi is mijn huis vernield.” “Oké, we wisten niet dat het zo erg was, we komen meteen.” Weer een maand of twee voorbij, niemand gezien.
Toen ze na aandringen weken daarna kwamen bleek de boom vol bloesems. “Monseigneur,” zei Joyce (Joyce is mijn Florance zoals in The Jeffersons), “U mag die boom niet omhakken! Het zit vol bloesems.” Mijn geweten begon te spreken. Maar ja, daar sta je dan met je bisschoppelijk gezag, dat wordt niet ondermijnd door een huishoudster. Maar toen ze dreigend zei: “Want God gaat u straffen,” was de keus gemaakt. Goed, zei ik, we kappen alleen de fowrudoti weg en de droge takken. Maar dat ging ook niet want zelfs aan de takken overwoekert door fowrudoti, wilde deze boom bewijzen dat het de beste advocaten kan geven. Dus we wachten maar tot het is uitgebloeid. We hebben nog nooit zoveel advocaten van de boom gegeten.
Toen kwam toch het moment dat er gesnoeid moest worden. Tot onze schrik waren er twee dikke wortels van de fowrudoti met een diameter groter dan een tennisbal door de holle stam tot bijna de wortels van boom doorgedrongen. Het had wat voeten in aarde eer de boom van alle fowrudoti was ontdaan. De wortels van de fowrudoti werden met zwaar gif bewerkt en ik vreesde dat de boom ook zou bezwijken. Ik was van die boom gaan houden als een mens. Vol bezorgdheid keek ik iedere ochtend vroeg naar de boom, een paar takken hadden het overleeft . Ik had mij er al in berust dat het een mooie stam zou zijn waaraan ik mijn orchideeën in zou hangen. Maar na de regens van de afgelopen maanden zag ik plotseling een twijgje uit afgeknotte stam. Eerst dacht ik, het is weer die Fowrudoti, maar met de dagen werd het steeds duidelijker dat er een luit is ontsprongen aan de stronk van Jesse.
Waarom vertel ik u deze tori? Ik wil op Pasen met u nadenken over corruptie.
Wat is corruptie? Letterlijk betekent het een verrotting van binnenuit. Mijn advocatenboom is Suriname en de fowrudoti is de corruptie. De katholieke sociale leer zegt over corruptie:
“Van alle ontwrichtingen van het democratische systeem is de politieke corruptie één van de meest ernstige omdat zij tegelijk zowel morele principes als de normen van sociale rechtvaardigheid verraadt. Zij compromitteert het goed functioneren van de staat door de relatie tussen de regeerders en zij die worden geregeerd negatief te beïnvloeden. Zij veroorzaakt een groeiend wantrouwen in de overheidsinstellingen en resulteert in een groeiende afkeer van de burgers voor de politiek en haar vertegenwoordigers, met een verzwakking van de instituties tot gevolg. Corruptie ontwricht radicaal de rol van de representatieve instellingen omdat zij hen gebruikt als een terrein voor politieke afruil tussen eisen van het cliënteel en diensten van de regeerders. Op die manier begunstigen politieke keuzes de enge doelstellingen van hen die over de middelen beschikken om deze keuzes te beïnvloeden en vormen zij een hindernis om het algemeen welzijn van alle burgers te realiseren.” (Compendium van de Katholieke Sociale Leer, #411)
Paus Franciscus zegt het volgende over corruptie:
“Voor eenieder die enig gezag heeft over anderen geldt dat als de meest verleidelijke zonde, de zonde van corruptie. En de ‘martelaren’ van corruptie – zij die uiteindelijk het gelag moeten betalen doordat politici, financierders en ook kerkelijke functionarissen hun macht misbruiken – zijn de armen en gemarginaliseerden.”
De preek van de paus was gebaseerd op de lezing uit 1 Koningen 21,1-16, waarin koning Achab van Samaria vond dat hij recht had op een aangrenzende wijngaard, die eigendom was van Nabot en die had geweigerd om zijn bezit aan de koning te verkopen. De vrouw van Achab, Izebel, liet toen op sluwe wijze Nabot vermoorden en toen dat gebeurd was kon Achab het land van Nabot in bezit nemen.
“Dit verhaal blijft zich steeds herhalen door mensen met materiële, politieke en geestelijke macht. De verleiding tot corruptie is heel groot: wij allen kunnen daaraan toegeven, want wanneer men gezag heeft, voelt men zich machtig, bijna als God. Zij die corruptie plegen leiden een leven dat gehuld is in een zeker gevoel van zekerheid, welzijn, geld, maar ook macht, ijdelheid en trots. Maar wie betaalt het gelag van zo’n leven van corruptie? Het zijn de armen. Degenen die betalen zijn de ziekenhuizen zonder medicijnen, de zieken die geen zorg ontvangen, kinderen die geen onderwijs krijgen. Zij zijn de hedendaagse Nabots, die betalen voor de corruptie van de grote jongens.” (Catholic News Service, 16 juni 2014)
Later in Laudato Si zal de Paus zeggen dat het de armen en de natuur zijn, die prijs moeten betalen van de levensstijl van de rijken. Hij blijft evenwel optimistisch omdat hij vertrouwen heeft in de jeugd. Ik moet eerlijk zeggen dat ik dat vertrouwen in onze Surinaamse jeugd bijna had verloren, maar door naar Paus Franciscus te kijken en naar de kleine twijgjes die blijven groeien aan de stronk van de democratische rechtstaat van Suriname, heb ik ook nieuwe hoop gekregen.
Die advocatenboom, met de spruitjes, heeft mij overtuigd dat God in de natuur van boom en van de mens een onoverwinnelijke levenskracht heeft geplaatst, die sterker is dan de dood en de machten van de dood.
+Karel Choennie