Al te vaak denkt men dat dieven van buiten uit komen. Maar degenen die het kunnen permitteren hebben een dienstvrouw die dan in huis werkt. Met geluk hebben velen een goede, hard werkende en eerlijke. Dienstvrouw J. bleek echter niet onder deze categorie te vallen. Zij werkte amper 3 maanden bij een familie. Haar levensverhaal was één en al zielig en je zou er bijna tranen van krijgen. Haar man is een zuiplap, kind een school drop-out, woning op een erf van derden en ze was bezig een eigendomsterrein af te lossen bij een verkavelaar. In eerste instantie een verhaal van een vrouw, die vooruit wilde ondanks haar benarde situatie. Hoe moedig en zielig het ook klonk, zo hard bleek ze wel om ook op een oneerlijke manier aan haar geld te komen.
De strategie
Dienstvrouw J. nam iedere dag een bedrag uit de portemonnee van haar werkgeefster. De werkgeefster is ook een werkende vrouw. Deze hield dagelijkse een standaard ritme. J. had na 3 maanden het ritme in de gaten. De werkgeefster ging naar haar baan, kwam op bepaalde tijd terug naar huis om te koken en ging vervolgens weer naar haar tweede baan. Doordat de werkgeefster reeds rare ervaringen had met dienstvrouwen bracht ze haar tas tijdens de tussenstop thuis niet naar binnen, maar liet het in haar voertuig achter. De werkgeefster ontdekte dat er steeds geld ontbrak uit haar portemonnee. Verward over wie het gedaan kon hebben en waar, kon ze niet precies weten waar de diefstal precies plaatsvond. Op werklocatie 1, 2 of thuis?
De val
De werkgeefster begon alles uit te sluiten. Ze telde dus iedere dag haar geld op de centen in haar portemonnee. En direct na vertrek van een locatie telde ze het opnieuw. Vrijdag liep de dievegge in de val. De dienstvrouw J. ging tijdens de tussenstop thuis geruisloos naar het voertuig waar de tas in was en ontvreemde weer een bedrag. De werkgeefster telde haar geld kort voor vertrek weer en ontdekte toen direct dat er een tekort was.
De valklep dicht
Dienstvrouw J. had niets door. De werkgeefster sommeerdere haar op een locatie te blijven zitten, zodat ze niet de mogelijkheid kreeg om het gestolen geld ergens te gooien. Bij de inschakeling van de politie werd het geld op haar gevonden. Dienstvrouw J. zweerde dat het de eerste keer was. ‘Nee mevrouw, ik heb het niet gedaan.’ Maar dat hielp niet meer. De politie nam haar mee en ze werd ingesloten. Het verdere onderzoek moet nu uitwijzen hoe lang ze bezig was met deze handeling en of ze het ook heeft gedaan bij eerdere werkgevers. Zo zielig als dienstvrouw J. deed, zo gemeen was ze ook!