Een deel van de dienstverleners van het schoolvervoer was dinsdag niet in staat om de leerlingen en leraren naar hun desbetreffende scholen te vervoeren als gevolg van het uitblijven van de bezoldigingen. De trend van late uitbetalingen door de autoriteiten doet zich al geruime tijd voor, met alle gevolgen van dien. De Organisatie van Bus- en Boothouders in Suriname (OBS) heeft dit zoals gewoonlijk onder de aandacht gebracht van de autoriteiten, desondanks is er niet adequaat ingegrepen. “Mensen die geen geld hebben om te tanken, kunnen geen schoolvervoer garanderen. We zouden ons salaris uiterlijk maandag moeten ontvangen, maar dat is niet gebeurd”, beklemtoont een schoolvervoerder tegenover Dagblad Suriname. Dinsdag omstreeks 14:00 uur was er nog geen overmaking verricht.
Kenneth Themen, voorzitter van OBS, is deze toestand totaal zat. Hij kan zich niet indenken dat zelfs de reguliere betalingen, zonder een loonsverhoging, een probleem vormen. “Intussen is de dieselprijs weer gestegen van SRD 5,95 naar SRD 6,21 in nog geen twee weken tijd. De bussen zijn afhankelijk van benzine. Als de mensen geen geld hebben om te rijden, gaan de bussen en boten niet ingezet kunnen worden. En dat is dan een overmachtssituatie en geen staking”, licht Themen in gesprek met Dagblad Suriname toe. Hij accentueert dat de reguliere betalingen een aangelegenheid is van het ministerie van Onderwijs, Wetenschap en Cultuur (Minowc) en niet van het ministerie van Openbare Werken, Transport en Communicatie (OWT&C). Slechts de tariefaanpassing van het schoolvervoer ligt in handen van minister Jerry Miranda. “Waarom kan het Onderwijsministerie zijn huiswerk niet op tijd maken?”, aldus Themen.
KSR
