Twee getuigen werden woensdag gehoord in de megafraudezaak rondom de NV Energiebedrijven Suriname (NV EBS). Kenneth Vaseur en Willy Duiker, ex-directieleden van het energiebedrijf, ondernemer Dick van Kanten en Max Chin en Quincy Fernandes, beiden van de afdeling Procurement, staan in deze zaak terecht. Zij worden ervan verdacht in de periode vanaf oktober 2012 tot en met oktober 2015 tezamen en in vereniging het bedrijf benadeeld hebben voor bedragen van USD 8.881.250 en 100.000 Euro. Tijdens de behandeling waren Duiker, Chin en Fernandes aanwezig. Vaseur was afwezig. De eerste getuige, I.K., is de president-commissaris. Deze getuige was nooit op de hoogte gesteld van de samenwerking met Greenland. Nadat er conflicten waren ontstaan, vernam hij dat het bedrijf materialen en machines moest leveren. De getuige beaamt dat er machines zijn besteld. Er zijn stapels files naar hem gestuurd over misstanden in het bedrijf. Hij was pas goed op de hoogte van deze zaak toen het breed werd uitgemeten in de pers. Naar zijn mening zijn zaken in het bedrijf niet gegaan zoals de statuten dat voorschrijven. “Het is een instrument van de overheid die diensten verricht. De algemene tendens is dat het bedrijf in feite meer een instrument is van de overheid om een politieke functie in te vullen. Primair worden er dingen gedaan voor de gemeenschap die meer een politiek belang dienen. De relatie tussen de rvc en de directie is er een die meer was gebaseerd op vertrouwen. De EBS deed voorheen zaken met een geldschieter en later is men overgestapt naar een andere. Dit is een typisch EBS probleem”, merkte de getuige op.
EBS deed zaken met geldschieters
In eerste instantie werden volgens I.K. er zaken gedaan met een geldschieter. “Op een gegeven moment werd dit een wurgende relatie met duizenden eisen. De EBS werd behoorlijk onder druk gezet. Het werd een onplezierige relatie, waarna de EBS noodgedwongen de overstap maakte naar een tweede geldschieter.” Naderhand heeft de getuige vernomen dat er onderling wel een goede samenwerking was tussen de twee geldschieters. De getuige merkte op dat hij niet weet of Duiker bewust of onbewust alle informatie heeft doorgegeven. “Naderhand bleek dat beide geldschieters neven zijn van elkaar. Greenland had op een bepaald moment zich op het standpunt gesteld dat in geval er niet zou worden betaald, de apparaten ook niet geleverd zouden worden.” Het probleem speelde zich af voor het aantreden van dit rvc-lid.
“Wij hebben altijd naar eer en geweten het werk gedaan”
De vervolgingsambtenaar Cynthia Klein merkte op dat deze getuige vanaf 2012 lid was van de rvc. Volgens de getuige werd er niet gewerkt met de wenselijke structuur. Zaken gingen niet zoals het hoorde. Uiteindelijk was het leveringscontract nadelig voor de EBS. Hij weet niets over de deals met Greenland. De rvc is volgens de getuige nooit op de hoogte gesteld. “Indien ik zaken eerder had geweten, had ik zeker ook vragen gesteld.” Volgens de statuten moest de totale rvc toestemming verlenen aan het project van Greenland. Toen de getuige de directeur hiermee confronteerde, gaf hij aan dat er instructies waren van hogerhand en die moesten uitgevoerd worden. Duiker heeft de getuige hiervan niet op de hoogte gesteld. Volgens Duikers zijn er eerst 5000 tot 10.000 aansluitingen geweest. “De contractors verschillen onderling niet veel in prijs. Er is heel veel werk verzet bij dit project. Wij hebben altijd naar eer en geweten het werk gedaan”, aldus Duiker. Hij maakte zelf ook de opmerking dat de statuten van 2011 niet deugden. Er werd toen gewerkt met andere regels. Tijdens het onderzoek is naar voren gekomen dat de aandeelhouder en de politiek een enorme invloed hadden op alle opdrachten die de rvc passeerden. Er is een spanningsveld tussen de EBS en politiek.
EBS-directie kan geen ‘neen’ zeggen tegen standpunt regering
Volgens de getuige kan de directie geen “neen” zeggen tegen een standpunt van de regering. Omdat er geen geld meer vrijkwam, werd de toenmalige vicepresident Robert Ameerali ook aan de groep toegevoegd. Hij bracht de hele groep bestaande uit de directie en leden van de rvc naar een bank voor het kunnen aangaan van een lening. Volgens de getuige zou de directie niet worden ontvangen bij de bank indien de vp zich niet met deze zaak had bemoeid. Duiker was het niet eens met de verklaring die deze getuige in dit verband bij de rechter had afgelegd.
Goederen 600 tot 700% duurder
De tweede getuige was destijds verantwoordelijk voor alle magazijnen van de EBS. Duiker had deze getuige in dienst genomen. Op een gegeven moment constateerde deze getuige dat er veel kabels in het magazijn aanwezig waren, waarvan er geen facturen waren opgemaakt. Hij heeft toen de verdachte Chin benaderd en gevraagd wat de redenen hiertoe konden zijn. Van Chin vernam de getuige dat deze kabels voor speciale projecten bestemd waren. Hij heeft dit toen kenbaar gemaakt zowel bij Duiker als bij Chin; de materialen kwamen immers niet op de voorraadlijst voor. Deze materialen zijn binnengekomen zonder een EBS-factuur. Achteraf werd een prognoselijst opgemaakt op basis van een reeds gebruikte lijst. Ook is geconstateerd dat de goederen 600 tot 700 procent duurder waren. Duiker merkte toen op dat deze getuige geen totaal beeld had van het hele project. Hij was als contractor in dienst genomen. “Ik word moe door steeds weer alles uit te leggen. Er zijn een paar sukkels binnen het bedrijf.” De rechter vond deze opmerking van Duiker niet op zijn plaats en zij vroeg hem dan ook om zijn woorden terug te nemen. De getuige bleef erbij dat hij op basis van zijn bevindingen zaken heeft verklaard bij de politie en bij het Openbaar Ministerie. Aan het eind van het getuigenverhoor vroeg de rechter of Duiker en deze tweede getuige elkaar de hand wilden geven. De getuige had daarmee geen probleem, echter weigerde Duiker het voorstel van de rechter. Op 8 november wordt de verdere behandeling voortgezet. Tot nog toe lopen alle verdachten in deze zaak vrij rond.
Saskia Bandhan