Het VHP-assembleelid Riad Nurmohamed vindt het bagatelliseren van de Anticorruptiewet door de NDP-parlementariër Rachied Doekhie een onverantwoorde daad. Tegenover Dagblad Suriname stelt Nurmohamed dat de Anticorruptiewet slechts effect kan hebben bij een regering, die dergelijke wetten in hart en nieren ondersteunt, alsook die de rechtsstaat respecteert. “Als je de Anticorruptiewet niet volledig ondersteunt, zal het vanzelfsprekend niet werken! Goed bestuur is daarbij essentieel. Zelfs de regering was niet aanwezig tijdens de goedkeuring van deze wet.” Onlangs heeft Doekhie kenbaar gemaakt dat de Anticorruptiewet een “rommel” is, welke in de praktijk geen vruchten zal afwerpen. Alle leden van het parlement hadden voor goedkeuring van deze wet gestemd.
Nurmohamed beklemtoont dat de goedkeuring in De Nationale Assemblee (DNA) niet het enige is wat doorlopen moet worden om wetten in werking te laten treden. “Zolang de wetten niet in het Staatsblad gepubliceerd worden, is het niet rechtsgeldig. En de Anticorruptiewet is nog niet afgekondigd. Aangezien er geen termijn is vastgesteld waarbinnen wetten in het Staatsblad gepubliceerd moeten worden, bestaat de kans dat dit op de lange baan geschoven kan worden. Wetten kunnen binnen een dag afgekondigd worden, maar ook na 10 jaren. Ik verwacht niet dat de regering wat zal doen met de Anticorruptiewet.” Door deze taferelen komen de wetgevende eigenschappen van het parlement niet zo zeer tot uiting. De grootste prioriteit zou dus in principe gegeven moeten worden aan het op gang brengen van de wettelijke controlemechanisme, alsook de wettelijke onafhankelijkheid van het parlement naar de regering toe.
De VHP-volksvertegenwoordiger deelde mee dat de Anticorruptiewet overigens vaag is opgesteld. “Zo is er bijvoorbeeld geen marge aangegeven bij de definitie van corruptie en misstand. Er staat wel dat een beschuldiging, abnormale gift of 30% toename van je vermogen (die je bovendien bij de notaris moet aangeven), beschouwd mag worden als een vorm van corruptie. Als mijn vermogen met 30% daalt, is er nog steeds sprake van corruptie?” Volgens Nurmohamed zou deze wet inderdaad geen soelaas kunnen bieden om corruptie te bestrijden. “Zelf heb ik grote moeite met deze wet; er kan een situatie ontstaan waarbij iedereen opgesloten kan worden of juist niemand. De wet houdt zichzelf dus voor de gek.” Daarom vindt Nurmohamed het een opluchting dat de strafbaarstellingen in het Wetboek van Strafrecht goed geregeld zijn. “Tijdens de Front-regering had men geen anticorruptiewet, maar toch werden regeringsleden veroordeeld. Vanaf 2010 merk ik dat niemand van de regering veroordeeld is voor de kwestie van de naschoolse opvang en allerlei andere fraudegevallen.”
KSR
