Parmessar: ‘Suriname in Caribisch gebied aan top qua hernieuwbare energie’

Binnen de NV Energie Bedrijven Suriname (EBS) is er volgens algemeen directeur Rabin Parmessar een enorme transformatie gaande. Er worden inspanningen gepleegd om over te stappen richting hernieuwbare energie. “Het gaat goed. Goed in de zin van dat wij merkbare resultaten zien”, stelt Parmessar. EBS zelf gaat binnenkort op Antjoni van start met een 300 kw solar plant in combinatie met opwekking met diesel. In Coronie en Nickerie staat ook in samenwerking met de Caribbean Development Bank een solar plant in de planning. De aftrap voor de projecten met de Caribische bank wordt eind september gegeven. Daarnaast is EBS ook druk bezig met het parlement om wetgeving op orde te hebben voor energieopwekking met padiekaf. Zonder wetgeving kan deze mogelijkheid volgens Parmessar niet worden gerealiseerd. Hij hoopt dat er tegen eind van dit kalenderjaar ruimte op de agenda van het parlement is om dit deel te tikken. EBS is momenteel ook in een Independent Power Producers verband bezig met een aantal belangrijke spelers, die enkele tientallen megawatt solar energie kunnen aanbieden in Suriname.
Er wordt veel hoop gevestigd in het Arco Norte Project dat met inspanningen van Suriname, Guyana, Frans-Guyana en Brazilië zal worden uitgevoerd. Dit wordt een volledig privaat gefinancierde project. Hierbij zal mogelijk het Tapanahony-Jaikreek waterkracht- project worden opgevoerd met ongeveer 64 Megawatt aan energie. “Suriname is tot nu toe in het Caribisch gebied aan top qua hernieuwbare energie, omdat wij 100 Megawatt Hydro energie hebben”, stelt de EBS algemeen directeur. Parmessar heeft als lid van de vaste commissie van rapporteurs in het parlement ook meegewerkt aan de Elektriciteitswet en de Wet Energie Autoriteit Suriname. Dit zijn raamwetten. De ontwikkelingen in de energiesector zijn volgens Parmessar echter zodanig dynamisch, dat mogelijk de wetten ook veranderd moeten worden. “In de wetgeving zijn er zaken opgenomen over hernieuwbare energie. Een van de zaken, heel hard, is dat geen enkel ander bedrijf dan staatsbedrijven (EBS) op basis van fossiele brandstof energie kunnen opwekken. Alle andere particulieren mogen (hernieuwbare energie) opwekken. De gedachte is om hernieuwbare energie te stimuleren”, stelt Parmessar.
De bedoeling van de transitie naar hernieuwbare energie, volgens EBS technisch directeur Marcel Eyndhoven, is uiteindelijk om de afhankelijkheid van fossiele brandstof te verminderen. “Elke uitbreiding die wij nu moeten doen, gebeurt op basis van fossiele brandstof. Uiteindelijk zal de prijs alleen maar hoger worden, omdat de prijs van brandstof fluctueert. Je kunt het niet op lange termijn in de gaten houden. Met hernieuwbare energie proberen zij dus de afhankelijkheid te verminderen”, stelt Eindhoven. Volgens Parmessar zijn er enorme bewegingen in het veld richting de energiesector. Hij merkt vooral op dat er kleine ondernemingen van de grond komen bij zonne-energie.
De transitie naar hernieuwbare energie voor duurzame ontwikkeling is een belangrijk gegeven. De totaal geïnstalleerde capaciteit van de EBS is 543.8 MW. Hiervan wordt 62% met fossiele brandstof opgewekt, 37% door Suralco (hydro) en 1% door zonne-energie. De uitdaging voor de EBS ligt erin om 62% van de met brandstof opgewekte energie te vervangen met hernieuwbare energie.
Kavish Ganesh

error: Kopiëren mag niet!