Assembleelid Rosselli Cotino (NDP) pleit voor een wet die het beroep voor accountants in Suriname regelt. Dit zal volgens de parlementariër meer zekerheden geven aan de bepalingen, die opgenomen zijn in de ingediende Wet op de Jaarrekening. De accountants nemen een belangrijke rol in bij het opmaken van jaarrekeningen en jaarverslagen. Artikel 16 van het concept geeft aan dat bestuurders en commissarissen tegenover derden aansprakelijk zijn voor eventuele schade geleden als gevolg van tekortkomingen in de jaarstukken. De accountant op zich is verantwoording tegenover de opdrachtgever verschuldigd. “Het accountsberoep is in andere landen een bij wet geregelde en goed beschermd beroep.
Ik denk dat wij in Suriname niet moeten achterlopen op zaken. Wij moeten voorkomen dat mensen zich voordoen als accountants en accountantskantoren opzetten, terwijl het administratiekantoren zijn”, stelde Cotino maandag bij de openbare commissievergadering van de Wet op de Jaarrekening. Om dergelijke besluiten te kunnen nemen, is het volgens Cotino van belang dat degene die de beslissing neemt de garantie heeft dat deze beslissing gebaseerd is op betrouwbare informatie. Deze garantie moet worden geboden door een onafhankelijke accountant. De certificering van accountants geschiedt door een bij beschikking van een door de minister aangewezen instelling, namelijk de Surinaamse Vereniging van Accountants (Suva). Cotino vraagt zich af of er hier dan geen sprake zal kunnen zijn van belangenverstrengeling. “Hoe is de accountant die de controle uitvoert, tegelijkertijd de instantie die zichzelf en zijn collega’s certificeert om zulks te doen? Wij moeten voorkomen dat wij in de toekomst problemen op ons afroepen.” Het zou naar haar inzien beter zijn om de Suva te laten deelnemen in de instelling, die de certificering van accountants moet doen.
Welke gegevens moeten verschillende klassen bedrijven bevatten voor opstellen jaarrekening?
Tijdens de behandeling heeft de politica diverse wijzigingen voorgesteld om richting een werkbaar product te gaan. Opmerkelijk volgens de parlementariër is dat hoofdstuk 2 van het concept niet aangeeft welke gegevens de jaarrekening van de verschillende klassen bedrijven moet bevatten. In gevallen van een kleine- of middelgrote onderneming kan worden volstaan met een korte of vereenvoudigde balans, terwijl bij grotere bedrijven meestal een uitgebreide balans of jaarrekening vereist is. Doordat dit niet expliciet in het concept is opgenomen, kan het volgens de politica ervoor zorgen dat ook grotere bedrijven zullen kunnen volstaan met een korte balans. Zij ziet graag een wijziging hierin tegemoet.
Welke instantie verleent verlenging?
De jaarrekening en het jaarverslag dienen jaarlijks binnen zes maanden na afloop van het boekjaar door het bestuur van de onderneming of rechtspersoon te worden opgemaakt. De periode kan wel met ten hoogste zes maanden worden verlengd op grond van bijzondere omstandigheden. Cotino benadrukte dat het belangrijk moet zijn welke deze belangrijke omstandigheden zijn, wie de gronden hiervoor beoordeelt en hoe zal worden aangegeven hoeveel tijd voldoende is om deze financiële verslagen alsnog in orde te maken. “Wie verleent de velenging? Welke instantie? Dat is voor mij niet duidelijk geworden in deze wet”, stelde Cotino.
Criteria vaststelling classificatie bedrijven
Er zijn drie criteria op basis waarvan bedrijven zullen worden geclassificeerd als te zijn groot, middelgroot of klein. Er is uitgegaan van een totale activa van groter dan SRD 12 voor grote rechtspersonen. Voor middelgrote rechtspersonen is voor de totale activa gewerkt met een bedrag groter dan SRD 3 miljoen, terwijl voor kleine ondernemingen dat kleiner dan SRD 3 miljoen moet zijn. Cotino voerde aan dat zij graag wil weten wat het uitgangspunt is geweest voor het vaststellen van de SRD 12 miljoen om de rechtspersoon aan te merken als een grote rechtspersoon. “Wat is het percentage aan bedrijven dat wij nu geregistreerd hebben bij de KKF met een waarde van een totale activa boven de SRD 12 miljoen? Wat is de rechtvaardiging hiervan?”
Kleine parastatale bedrijven niet in kosten jagen
Kleine en grote parastatale instellingen en andere grote rechtspersonen moeten de waarderingsgrondslagen van de IFRS hanteren als verslaggevingsstandaard. De International Financial Reporting Standards (IFRS) zijn een boekhoudkundige standaard voor jaarverslagen van bedrijven. Cotino benadrukte dat de IFRS-full verschilt van andere beoordelingsstandaarden. Zij vindt daarom dat dit punt beter moet worden bekeken. “Het verschil ligt ook in de waarderingsgrondslag van je materiele en immateriële vaste activa en dat heeft ook gevolgen voor het bedrijfsresultaat. Wat willen wij met onze kleine parastatale bedrijven? Willen wij ze meer in de kosten jagen? Wij moeten wetten maken en zaken ordenen. Maar het moet ook werkbaar zijn”, aldus Cotino.
FR
