De droge tijd is de jaarlijkse periode met weinig tot geen neerslag in de tropen. Men moet niet denken dat er in deze periode helemaal geen neerslag valt. In deze twee seizoenen, te weten de grote en kleine droge tijd, valt er minder neerslag dan in de twee natte seizoenen. In de droge maanden moet er gemiddeld gerekend worden op 100 tot 150 millimeter per maand aan regen en in de regenseizoenen is dat het dubbele. In totaal valt er in Suriname per jaar zo’n 2200 millimeter aan regen. Verspreid over het land kunnen daar wat afwijkingen in voorkomen.
Meteoroloog Roel Oehlers geeft aan dat hoewel de droge tijd zich vanaf midden augustus aandient, Suriname klimatologische bekeken al in de droge tijd zit. De meteoroloog beaamt het feit ook dat de term droge tijd niet betekent dat het in deze periode niet regent. “Het regent wel maar het aantal droge dagen is dus veel meer dan als het nat is. Dit geschiedt plaatselijk, maar een groot deel van het land blijft droog.” In de droge tijd kunnen de temperaturen maar liefst oplopen naar 33 °C. Naarmate we naar het maand oktober toe gaan, zal het warmer worden. Over de jaren heen lijkt het alsof het weer steeds warmer wordt.
Volgens de meteoroloog heeft dat te maken met gevoelstemperatuur die hoger ligt en dat komt door die samenstelling van de lucht waardoor mensen het warmer hebben dan het is. “Als het 33 °C is voelt het bijna aan als 36 °C. Dat is ook afhankelijk van de omgeving waar je op dat moment bevindt, want in een auto zal het nog warmer zijn dan buiten. Natuurlijk speelt klimaatsverandering ook een rol. Die droge tijd zal tot en met eind oktober duren maar kan eventueel oplopen tot de eerste week van november”, aldus meteoroloog Oehlers.