“Ik heb niets tegen importeurs, maar importeurs zijn geen producenten. Importeurs van kip- en kipdelen nemen weinig risico’s in vergelijking met lokale kwekers. Alles wat de producent doet, is een risico”, zegt VHP-parlementariër Mahinder Jogi aan Dagblad Suriname. Volgens hem moeten kwekers steeds rekening houden met het uitbreken van bepaalde ziektes, de samenstelling van kippenvoer, kwaliteit van kuikens en zelfs hoge temperaturen. Hierdoor gaan in bepaalde gevallen honderden kippen dood. Vanaf morgen worden de invoerrechten op kip- en kipdelen verhoogd van 20 naar 40%. De politicus vindt niet dat geïmporteerde kip- en kipdelen goedkoop moeten worden gehouden. De bedoeling is dat producenten in Suriname zelf beschermd worden. Surinamers consumeren momenteel jaarlijks 25 miljoen kilogram kip per jaar. Hiervan wordt volgens Jogi slechts 5 miljoen kg lokaal gekweekt. De producenten of kwekers klagen al decennia over oneerlijke concurrentie. Hij verwacht daarom ook dat de regering in de komende periode deze invoerrechten verder opschroeft naar zelf 75% en meer. “De import moet uiteindelijk wel plaatsmaken voor lokale kweek.” Jogi, die geruime tijd in het parlement gepleit heeft voor deze verhoging, zegt dat dit wel niet alleen in het belang moet zijn van de producent, maar ook de consument. Hij voert aan dat het ministerie van Handel, Industrie en Toerisme in overleg moet treden met producenten en consumentenorganisaties om een werkbare prijs voor lokale kip vast te stellen.
Op water en arbeid na, heeft alles een importcomponent
De parlementariër stelt dat de prijs van lokale kip altijd aan de hoge kant is geweest, omdat op water en arbeid na alles een importcomponent heeft. Hij noemt hierbij bestanddelen van kippenvoer, materialen voor het opzetten van kippenhokken en eieren voor broedkuikens. De hoge houtprijzen op de lokale markt hebben volgens hem ook een groot impact op de kweker. Volgens de politicus wordt een kilogram levende kip momenteel voor tegen de SRD 20 aangeboden. De regering zou volgens hem er goed aan doen om bepaalde componenten belastingvrij te laten importeren. De parlementariër verwijst ook naar het Kleine en Middelgrote Ondernemers (KMO’s) Fonds dat onlangs is opgericht voor ondernemers die actief zijn in de agrarische verwerking, houtbewerking en productie-ondersteunende (ICT)-innovatie. Er is vijf miljoen US dollar beschikbaar gesteld voor het fonds. Dit bedrag vindt Jogi ontoereikend, vandaar dat de regering ook het Agrarisch Kredietfonds (AKF) moet optoppen. “Er is een aantal componenten dat resulteert in betaalbaar kip. Wanneer er een scheve verhouding is tussen deze componenten, zal het moeilijk zijn een prijs vast te stellen die de consument tevreden stelt. De producent moet ervoor zorgen dat zijn kip betaalbaar is, anders zal hij ook met volle vriezers zitten”, aldus Jogi.
FR
