“Al 2 jaren gebeurde er niets in Nickerie in verband met 1 juli. Daarom had ik de minister gevraagd of er geen bloemetjes gelegd kunnen worden bij de monumenten, zoals dat traditioneel het geval is. Daarmee was de minister akkoord gegaan en zo heb ik SRD 2500 gekregen om bloemstukken te kopen.” Menso had als wens dat deze activiteiten op die bewuste dag niet onopgemerkt voorbij zouden gaan en dat het zou bijdragen aan een positief imago van het ministerie. “Maar bij die gelegenheid heb ik inderdaad namens de minister gesproken.” Zo had hij tijdens zijn toespraak de slavernij aangehaald. “Ik zei dat er wel staatkundig 144 jaar slavernij is afgeschaft, maar dat dit desondanks voorkomt in de wereld en ook binnen onze samenleving.” Volgens Menso is dit datgene wat niet in goede aarde is gevallen bij de minister. “De minister voelde zich hierdoor op de teentjes getrapt. Daarnaast zegt hij dat ik mij niet aan de afspraken houd en niet voldoe aan de hiërarchie. Vanwege mijn positie sta ik in contact met niet alleen de leiding van het ministerie, maar ook met de verschillende onder directoraten (OD’s). Ik kan dus niet via één OD werken. Daarom richt ik mij maar naar hun om zaken gedaan te krijgen. Misschien denkt de minister dat ik hierdoor niet volgens de hiërarchie werk.” Menso krijgt het gevoel dat men allerlei drogredenen bedenkt om deze ontheffing gestalte te geven, waardoor hij deze zaak zal beslechten bij de groene tafel. “Ik ga mij door een jurist laten begeleiden.”
Dit is niet de eerste keer dat de onderwijsminister een medewerker met jarenlange ervaring de laan heeft uitgestuurd. Stanley Sidoel, de gewezen directeur van Cultuur bij Minowc, heeft eveneens een soortgelijk lot moeten ondergaan. Na langer dan 10 jaren als directeur gefungeerd te hebben, moest hij voor tot nog toe onbekende redenen zijn functie ter beschikking stellen.
KSR