‘Bouterse speelde heerser van leven en dood’

Advocaat Hugo Essed van de nabestaanden (foto: Regilio Derby)
Advocaat Hugo Essed van de nabestaanden (foto: Regilio Derby)
Het Openbaar Ministerie (OM) heeft woensdag een gevangenisstraf van 20 jaar geëist tegen hoofdverdachte Desi Bouterse in het 8 decemberstrafproces. Auditeur-militair (AM) Roy Elgin acht in zijn 35 pagina’s tellend requisitoir wettig en overtuigend bewezen dat de toenmalige bevelhebber van het National Leger samen met anderen een plan had beraamd om 15 slachtoffers van het leven te beroven. De openbare aanklager zei geen bewijs te hebben gevonden dat Bouterse zelf één of meerdere slachtoffers heeft doodgeschoten. Daarom wordt hij aangemerkt als medepleger. Ook acht Elgin bewezen dat er sprake is van moord met voorbedachte rade. De Decembermoorden waren goed voorbereid en er was een draaiboek. “Men is niet door een nacht ijs gegaan. Er is niet alleen opdracht gegeven om de personen van hun vrijheid te beroven, maar zij zijn hierna ook vernederd en mishandeld. Genadeloos moesten zij tussen geëxecuteerde mensen staan, waarna zij door een vuurpeloton zijn neergeschoten”, aldus de AM. De verdere behandeling van de rechtszaak in de burgerkamer is uitgesteld naar 30 oktober. Dan worden de zaken tegen Arthy Gorre en Etienne Boerenveen behandeld. Vrijdag worden de zaken in de militaire kamer behandeld.
Bouterse wel in Fort Zeelandia aanwezig
De legerbevelhebber was wel degelijk aanwezig in Fort Zeelandia toen de Decembermoorden werden gepleegd. Uit de verklaringen van de enige overlevende van het bloedbad, Fred Derby, vindt Elgin grond voor zijn conclusie. Vanaf de plek waar de 15 gearresteerde mannen werden vastgehouden, konden zij Bouterse in zijn werkkamer zien. Hij zat achter het bureau met zijn rug naar de latere slachtoffers toegekeerd. Kort nadat Andre Kamperveen en Soerindre Rambocus naar Bouterse gestuurd werden, zijn schoten gehoord. Het was overigens Bouterse die Derby liet gaan, omdat hij een belangrijke informant was.
8 slachtoffers hadden verbrijzelde hersenen
Volgens de AM hadden Bouterse en de medeverdachten zich als ‘heerser over leven en dood opgesteld’. “Zij hebben nodeloos en zinloos de 15 slachtoffers op gewelddadige wijze van het leven beroofd.” Elgin noemde de zeer gedetailleerde verklaringen betrouwbaar en putte daaruit het bewijs. Het forensisch onderzoek in Fort Zeelandia waar de moorden in 1982 zijn gepleegd, bracht 93 kogelinslagen in de muur van Bastion Veere aan het licht. Deze zijn van een hoogte tussen 1 en 1,5 meters van de heuphoogte gelost. De lichamen van alle slachtoffers werden doorzeefd met kogels. Verder onderzoek heeft ook uitgewezen dat 8 slachtoffers verbrijzeling van hersenweefsels hadden, terwijl de overige 7 door shock vanwege bloedverlies zijn overleden. Alles duidt erop dat de mensen niet op de vlucht zijn doodgeschoten, maar juist geëxecuteerd zijn.
Bhagwandas executeerde eerste twee slachtoffers
Zowel tijdens het gerechtelijk vooronderzoek als ook ter terechtzitting kwam vast te staan dat de naam van de inmiddels overleden sergeant Paul Bhagwandas dominant aanwezig was. “Het was Bhagwandas die de lakens uitdeelde. Gesteld is dat meerdere aangehouden personen aan hem zijn afgestaan. Hij heeft zelf als één van de eersten geschoten op 2 slachtoffers”, stelde Elgin. Opmerkelijk volgens hem was dat Bhagwandas aan de vrouw van Andre Kamperveen vertelde dat hij haar man zou verlossen van alle kwalen. Hij heeft daarbij geen medicijnen nodig. Deze handelingen en uitspraken brengen het OM tot de conclusie dat tussen 7, 8 en 9 december 1982 Bhagwandas de absolute machthebber was. “Hij was de beul, de baas”, aldus de AM. Hierna rapporteerde hij aan de bevelhebber.
Groep van 16 waande zich een elite-eenheid
Elgin vestigde ook aandacht op de invloed die de groep van 16 militairen had na de coup op 25 februari 1980. “De groep van 16 waande zich een elite-eenheid. Zo hadden zij altijd toegang tot plaatsen waar het voor de gewone militair verboden was. Zij moesten voor hun eigen en groepsbelang ervoor zorgen dat de veilige machtsverhouding niet werd verstoord”, stelde hij. Los van bestaande legerstructuren, was deze groep volgens hem een niet te miskennen strategisch machtspatroon binnen en buiten het leger. Zo verklaarde de verdachte Ruben Rozendaal dat deze groep erbij werd gehaald ‘wanneer er een coup aan de winkel was’. Volgens Elgin heeft de verdachte Etienne Boerenveen zelf ook verklaard dat deze groep altijd heel nadrukkelijk aanwezig was onder de leiding van Bhagwandas. Hierdoor kon de groep op elk gewenst moment in het Fort aanwezig zijn.
De groep van 16 in relatie met decembermoorden
De betrokkenheid van de groep van 16 bij de decembermoorden is volgens de AM onomstotelijk. Uit verschillende getuigenverklaringen is gebleken dat de groep van 16, die inmiddels uitgedund was naar 14, op 7 december 1982 achter Zanderij bezig was met schietoefeningen uit te voeren met nieuwe wapens die pas vanuit Miami met een burgervliegtuig waren ingevlogen. In de vroege ochtend na de schietoefening is de gehele eenheid naar het Fort Zeelandia getogen. Bhagwandas deelde hier mee dat personen bezig waren met staatsgevaarlijke handelingen om het militair gezag omver te werpen. “De groep van 16 werd aangevuld met nog 30 man die de taak hadden om personen op te halen en af te leveren in Fort Zeelandia, verzetshaarden te elimineren door gebouwen op te blazen of in brand te steken”, aldus Elgin.
Verklaringen Doorson en Said onbetrouwbaar
Zowel tijdens het gerechtelijk vooronderzoek als bij de behandeling op de strafzitting zijn er tal van getuigen gehoord die direct nabestaanden zijn van de slachtoffers, getuigen die vanwege het werk op 7 en 8 december 1982 aanwezig waren in het Fort Zeelandia of erbij zijn gehaald om bepaalde werkzaamheden te verrichten en getuigen die tevens de kwalificatie hebben van verdachte. Elgin kwalificeerde de getuigenissen van toenmalig politie-inspecteur Herman Doorson en de militair Mohammed Said echter als onbetrouwbaar. Deze 2 getuigen waren in tegenstelling tot anderen, alles wat zij over de gebeurtenissen en onderzoek dat ze hadden gezegd, op de strafzitting vergeten. Volgens Elgin is dat onmogelijk. Onderzoek van rechtspsychologen heeft volgens hem uitgewezen dat traumatische ervaringen niet worden vergeten, maar meestal juist posttraumatisch stresssyndroom tot gevolg hebben. “Het geheugen wissen kan niet”, aldus de AM.
FR

error: Kopiëren mag niet!