Advocaat Leter: OM is niet geslaagd om te komen tot het bewijs

Advocaat Georgette Leter verzocht rechter Robert Praag om haar cliënt Ernesto G. van de gehele tenlastelegging vrij te willen spreken. Volgens de tenlastelegging wordt aan de verdachte het verwijt gemaakt dat hij op 21 februari 2016 een tas toebehorende aan een vrouw heeft weggerukt. In de tas waren een wapen en nog andere persoonlijke spullen opgeborgen. Volgens de raadsvrouw heeft de verdachte vanaf zijn aanhouding het verwijt ontkend. Voor het bewijs ter staving van de ten laste gelegde feiten is het van belang dat die aan het begin van het onderzoek alsook gaandeweg het onderzoek naar voren wordt gebracht. In deze zaak is er een aantal getuigen gehoord, die verklaarden de verdachte te hebben gezien. Ook wordt opgemerkt dat de verdachte vaker in voertuigen heeft ingebroken en dat zij dit alles hebben gezien. De verdachte ontkende deze aantijgingen en hij ontkende ook zich schuldig te hebben gemaakt aan enig strafbaar feit. Op die bewuste dag van de gekwalificeerde diefstal was de verdachte thuis. Hij was volgens zijn eigen verklaring nergens geweest.
Volgens Leter is de verdenking op de verdachte gevallen, aangezien er een getuige is geweest die zou hebben gezien dat deze verdachte het gewraakte feit heeft gepleegd. De benadeelde is eerder op de zitting gehoord en heeft verklaard niet te hebben gezien wie haar tas wegrukte. Verder zegt deze benadeelde dat ene Kobra, die in een rolstoel zit, alles gezien zou moeten hebben. Deze laatste getuige is op 3 momenten gevraagd om zijn verklaring te komen staven op de terechtzitting. Hij is wel verschenen op 10 augustus van het vorig jaar, maar is zonder bericht vertrokken waarbij er een medebrenging is gelast. Het gelukte om deze getuige op een van de afgelopen zittingen te horen als getuige. Echter heeft ook hij niet met zekerheid kunnen stellen dat deze verdachte de diefstal heeft gepleegd. Leter benadrukte dat er geen verklaringen zijn afgelegd die ergens getoetst kunnen worden, alsook kunnen doen vermoeden dat de verdachte het feit heeft gepleegd. Volgens de raadsvrouw is er geen bewijs om de vermoedens te bevestigen. Het Openbaar Ministerie (OM) is in feite niet erin geslaagd om te komen tot het overtuigend bewijs. De verdachte werd op 21 februari 2016 in verzekering gesteld en is op 9 november 2016 door de rechter voorlopig in vrijheid gesteld. In deze zaak heeft het OM een celstraf van een jaar geëist. Danning blijft bij zijn standpunt en persisteerde bij de door hem aangedragen bewijsmiddelen. Op 28 juni doet de rechter uitspraak in deze zaak. Ernesto werd aangezegd om aanwezig te zijn. Hij is vanaf zijn voorlopige vrijlating bij elke behandeling van deze zaak aanwezig geweest op de zitting.
Saskia Bandhan

error: Kopiëren mag niet!