Bij de onlangs gehouden vergadering van het Nationaal Jeugdparlement (NJP) op 10 juni zijn er heel wat minder positieve zaken naar buiten gekomen, waarbij de kersverse voorzitter de wind van voren heeft gekregen. Samir Gobind, jeugdparlementariër van het district Wanica, is totaal niet tevreden over het verloop van de vergadering. Hij merkt op dat respect voor elkaars diversiteit in denken, doen en laten niet gehonoreerd wordt binnen het NJP. “Zo hadden de leden geen luisterend oor voor elkaars mening, wat zeer onprofessioneel overkomt. Dit heeft overigens ertoe geleid dat de vergadering enorm uit de hand is gelopen. Als je het woord wilt voeren, vraag het op de juiste manier en niet door anderen iedere keer in de rede te vallen”, zegt Gobind in gesprek met Dagblad Suriname.
Gobind beklemtoont dat er binnen het NJP 29 jeugdparlementariërs betrokken zijn, waardoor verschil in opinie veelvuldig zal voorkomen. “Dit betekent toch niet dat elke vergadering van ons zal uitmonden in het weglopen van de leden door ontevredenheid, terwijl het een openbare vergadering is? Wat voor indruk creëer je dan bij de samenleving, en in het bijzonder bij de jongeren? Op zo een manier verslechter je bovendien het imago van het NJP. We moeten leren om naar elkaars meningen te luisteren, ook al zijn wij het oneens mee, in plaats van tekeer te gaan. 29 jeugdvertegenwoordigers betekent namelijk dat er ook 29 verschillende meningen zullen zijn.”
De jeugdvertegenwoordiger is zich ervan bewust dat de leden niet meteen de gelegenheid krijgen om hun standpunt kenbaar te maken. “Als je ontevreden bent, laat je stem horen ook al luistert men niet in één keer. Herhaal je standpunt tenminste, maar door weg te lopen maak je het erger.” Daarom vindt Gobind dat de voorzitter kordaat moest optreden. “Als de leden zich misdragen of elkaar in de rede vallen, verwacht ik wel dat er strak wordt opgetreden door sancties te treffen. We moeten namelijk principes hebben en niet doen alsof we niet weten hoe het hoort.” De jeugdparlementariër is daarom opgelucht dat de vaste commissies in ieder geval geïnstalleerd zijn. “De diverse commissies kunnen dus van start gaan met de werkzaamheden.”
Gobind vindt het niet terecht dat de leden iedere keer de jeugdparlementariër Stefana Amatsairoon het doelwit maken onder het mom van dat het imago van het NJP op die manier geschaad wordt. “We moeten niemand de schuld geven dat vandaag de dag het NJP niet positief bekend staat binnen de samenleving. Zij heeft op 20 mei niet gehandeld namens het NJP. We hebben de vrijheid om te praten en te handelen, zolang het geen gevaar vormt voor anderen, de Staat of in strijd is met de wettelijke regelingen. Als zij het nodig acht om op een politiek podium te praten, mag ze dat doen. Het is nog steeds haar wil en ze maakt gebruik van haar grondrechten.” Gobind is het wel eens dat het niet acceptabel zou zijn, indien Amatsairoon namens het NJP had gesproken. “Dat zou inderdaad een kwalijke zaak zijn.” Het indienen van een motie om de leden te verplichten zich te distantiëren van de partijpolitieke activiteiten, is naar zeggen van Gobind een ondoordacht idee. “Laten we niet doen alsof we in De Nationale Assemblee (DNA) zitten, waar er wetten gemaakt worden die voor een ieder bindend zijn. Wij zijn een inspraakorgaan voor de jongeren, dus we dienen ons daaraan te houden. Zo kom je op voor de jongeren en niet door onze vrijheid af te pakken.”
KSR
