Het is meer dan duidelijk dat de onlangs gekozen jeugdvertegenwoordigers zich enorm zorgen maken over het imago van het Nationaal Jeugdparlement (NJP), dat bovendien langer dan een decennium de status meedraagt van een incompetente organisatie. Het is dus niet vanzelfsprekend dat dit imago op een gemakkelijke wijze weg te werken is. Hiervoor zijn er namelijk daden nodig in plaats van mooie praatjes of bezorgdheid van enkele leden. Tijdens de onlangs gehouden openbare vergadering in het kader van de installatie van de vaste commissies van het NJP voor de periode van 2017 tot 2020 hebben enkele leden zich gebogen over deze kwestie.
Zo zijn grote delen van het NJP bezorgd over de politieke inmenging van enkele leden. Daarom ziet Zenani van Throo (plaatsvervanger ondervoorzitter) graag dat er een maatregel wordt ingevoerd, zodat de jeugdvertegenwoordigers zich distantiëren van alle partij politieke activiteiten. Naar aanleiding van het incident, waar de jeugdparlementariër Stefana Amatsairoon op 20 mei 2017 in Grun Djari betrokken was bij de politieke acties, heeft veel stof doen opwaaien. Al enige tijd circuleerde er een filmpje van de desbetreffende persoon waar haar toespraak op het politiek podium enorm voor schut werd gezet vanwege onder andere de vele taalfouten. Dit filmpje had bijkans 30.000 views. Jeugdparlementariër Janita Moektimisier vindt het niet acceptabel dat dergelijke handelingen tot verdere verslechtering van het imago van het NJP leiden. “Niet alleen haar naam gaat eraan maar die van het heel NJP. En ik pik dat niet! Als het dit keer ook niet deugt, hoeft het NJP voor mij part niet meer te bestaan”, zegt de jeugdparlementariër Xavier Biegman. Kelvin Koniki (voorzitter NJP) beklemtoont dat er noch in het ordereglement noch in het staatsbesluit is opgenomen dat een jeugdparlementariër geen politieke activiteiten mag bedrijven. “Daarom gaan we het NJP moeten beschermen.” Samir Gobind aan de andere kant brengt in herinnering dat andermans fouten niet moeten leiden tot het afpakken van de vrije meningsuiting van jeugdparlementariërs. “Op grond van artikel 20 van de grondwet heeft een ieder het recht op vrijheid van deelname aan vreedzame vereniging en vergadering. Er staat nergens dat een jeugdparlementariër niet op een politiek podium mag praten. Ook in het decreet politieke organisaties komt dit niet voor. Iedereen maakt natuurlijk fouten!”
Wat het imago doorgaans betreft, is Suriname reeds internationaal afgeschilderd als een criminele staat vanwege vermoedelijke duistere praktijken vanuit de regering. Het is dus de vraag of het NJP ook ‘bezorgd’ is over dit feit. Het is overigens opmerkelijk dat de inhoud van de vergadering niet gebaseerd was op de noden van de jongeren of het uitvoeren van projecten voor de jeugd, die voor de verkiezing van het NJP werden verkondigd door de kandidaten, maar over allerlei zaken die het imago van het NJP juist verder aantasten.
KSR