De strafzaak tegen de Haagse rapgroep Strictly Family Business is volgens raadsman Raoul Lobo door toedoen van het Openbaar Ministerie een ‘mediacircus’ geworden. De raadsman moest op den duur op aandringen van kantonrechter Wijnhard deze woorden terugnemen. Het verzoek voor de invrijheidstelling van alle drie verdachten is gisteren afgewezen. Volgens kantonrechter Siegline Wijnhard zijn er nog te veel bezwaren in deze zaak en bestaat daarnaast altijd het gevaar dat de verdachten via de grenzen het land kunnen uitvluchten. Lobo, die samen met de raadslieden Maureen Nibte en Humphrey Schurman de verdachten Francis Edusei, Jackie Osei en Kaene Marica juridisch bijstaat, voerde donderdag op de strafzitting aan dat het hem bevreemdt dat het OM na de aangifte van de vader van het meisje in mei 2015 bijkans anderhalf jaar op de verdachten heeft gewacht om hun zodoende hier in Suriname te kunnen vervolgen. Lobo meent dat het OM deze zaak gewoon kon hebben overgedragen aan Nederland. De drie artiesten worden ervan verdacht seks gehad te hebben met een minderjarig meisje. Dit zou gebeurd zijn tijdens het vorige bezoek van de rappers aan Suriname, in 2015. Hen wordt ook ten laste gelegd dat zij videobeelden hebben gemaakt en deze hebben verspreid via social media. Het meisje was nog vijftien toen de rappers seks met haar hadden. Zij zouden niet geweten hebben dat het meisje minderjarig was, omdat zij volgens hun zeggen er veel ouder uitzag. Volgens Lobo heeft het meisje een reeks van namen van mannen aangegeven met wie zij eerder seks heeft gehad. Volgens Nibte blijken bepaalde zaken met betrekking tot de datum van het filmpje niet te kloppen. Daarnaast vindt zij ook dat Marica en het slachtoffer beiden minderjarig waren ten tijde van het plegen van het strafbare feit. Wanneer jeugdigen onder bepaalde omstandigheden seksuele handelingen plegen, kan dit volgens haar niet strafbaar worden gesteld. Deze zaak wordt op 2 februari verder behandeld.
FR