Binda: “Minister en delegatie zouden zich diep moeten schamen”

Sham Binda, voorzitter van de Associatie van Kleine en Middelgrote Ondernemingen in Suriname (Akmos), ondersteunt de stakende leerkrachten volledig. Binda heeft onlangs de ouders en leerlingen opgeroepen om ook hun solidariteit te tonen door deze actie kracht bij te zetten. Volgens Binda was de opkomst dinsdag erg groot. Deze opkomst bestond niet alleen uit leerkrachten, maar ook uit ouders, vertelt Binda aan Dagblad Suriname. Er zijn ook andere organisaties die zich solidair verklaren met de acties van de leerkrachten, waaronder de Unie van Surinaamse Vrouwen (USV) en het Burgercollectief (BC).
Volgens Binda moet men niet wachten totdat de massa voor de deur staat, integendeel moet men klaarstaan met de oplossing. Onlangs heeft de onderwijsminister alle leerkrachten van de middelbare scholen opgeroepen om informatie te verschaffen over het herwaarderingsprogramma. De opkomst hiervan was, naar zeggen van Binda, een klap in het gezicht van de regering. “Hiermee geven de leerkrachten duidelijk aan dat zij niet geïnteresseerd zijn in het gesprek. De minister en zijn delegatie zouden zich diep moeten schamen.”
De wijze waarop de vicevoorzitter van het parlement, Melvin Bouva, de zaak heeft aangepakt woensdag, creëert meer wraak en kwaadheid, stelt Binda. Er moet gestructureerd gewerkt worden, wil men deze kwestie oplossen. “Zo dienen er voorbereidende gesprekken plaats te vinden met een delegatie van het parlement.” Volgens Binda heeft men er niets eraan wanneer enkele parlementariër uit het parlement komen om slechts hun mening kenbaar te maken. “Zowel de leden van de oppositie als de coalitie geven hun eigen mening. Er is gewoon geen oplossing! Dat is het probleem van dit soort ‘uitstapjes’ die men maakt; even naar buiten komen om mensen toe te spreken.” Binda gaf te kennen dat zijn solidariteit niet alleen voor de leerkrachten bestemd is, maar ook voor andere doelgroepen. “Als de verpleegsters of de politieagenten in actie zouden zijn, zou ik hen ook ondersteunen, omdat ik weet dat de gezondheidszorg en veiligheid niet gegarandeerd zullen zijn.”
Dat de regering de Alliantie van Leerkrachten in Suriname (ALS) niet wil erkennen, verbaast Binda. “Als er een actie gaande is op straat gaat men niet zitten ‘spelen’ over wie erkend is en wie niet. Het gaat om een probleem en partijen moeten daarover in dialoog treden. De bond is bovendien een vertegenwoordiging van een groot deel van de leerkrachten.” Zowel de regering als de BvL/ALS vertelt een apart verhaal over de onderhandelingen met betrekking tot de herwaarderingskwestie. Dit is het systeem van de politiek; de schuld in de schoenen van een ander leggen is niets anders dan een afleidingsmanoeuvre. De contracten die getekend zijn, zijn inmiddels gepubliceerd en de feiten spreken voor zich, vindt Binda. “Als overheid moet er bovendien sprake zijn van voorspelbaar beleid. Ik ondersteun de leerkrachten, omdat ik weet dat zij mijn kinderen een toekomst moeten geven. En de regering is momenteel bezig om de toekomst van mijn kinderen af te pakken door hun beleid. Daarom vecht ik ook. Het zou beter zijn als de BvL/ALS ondersteuning zou vragen van andere vakbonden”, aldus Binda.
KSR

error: Kopiëren mag niet!