Tijdens de jaarrede op 30 september 2016 heeft de president van de Republiek Suriname, Desi Bouterse, te kennen gegeven de inwisselplicht te herintroduceren. Dit is één van de maatregelen om inkomsten voor de staat te genereren. In de jaren ‘80 was er hiervan ook sprake. Zal de geschiedenis zich wederom herhalen? Na de jaarrede van de president is deze topic weinig besproken. Echter heeft dit wel veel ophef gecreëerd onder de Nederlandse burgers met Surinaamse origine. Er wordt zelfs gesproken van een inwisselplicht van een bedrag van € 700. Dit zegt een zeer verontruste Nederlandse burger aan Dagblad Suriname. “Weet men wel wat de nadelen hiervan zullen zijn? Suriname is financieel gezien al zwak en dan wil men de toerismesector ook een halt toeroepen met dit soort ondoordachte plannen? Na de staatskas leeggeplunderd te hebben, wil men nu ook van de toeristen profiteren? Dit is een doodsteek voor de toerismesector van Suriname!” Het is vooralsnog niet duidelijk welk bedrag geïmplementeerd zal worden voor de inwisselplicht.
Inwisselplicht niet behandeld in DNA
“Het is inderdaad nog niet zo ver. Tot nu toe hebben wij vanuit De Nationale Assemblee (DNA) nog niets vernomen over het beleid met betrekking tot de inwisselplicht. Dit zou vermoedelijk met een staatsbesluit kunnen plaatsvinden. Desondanks zou het onterecht zijn, omdat er geen beleid daarover besproken is in het parlement.” Dit zegt parlementslid Asiskumar Gajadien van de Vooruitstrevende Hervormingspartij (VHP) desgevraagd aan Dagblad Suriname. Volgens Gajadien moeten dit soort zaken ruim van tevoren bekendgemaakt worden. Gajadien is geen voorstander van het herintroduceren van de inwisselplicht. Mensen die het land binnenkomen, moeten niet verplicht gesteld worden over wat zij met hun geld moeten doen. “In de jaren ‘80, tijdens de enorme schaarste aan deviezen, hebben de toenmalige bestuursleden de inwisselplicht doorgevoerd. In de periode van Nieuw Front is dit afgeschaft.” Naar zeggen van Gajadien zorgt de huidige regering, door middel van haar maatregelen, ervoor dat vrijwel elke sector economisch gezien getremd is. Dit soort dwangmaatregelen creëren nog meer onzekerheid in de samenleving, tevens in de economie, concludeert Gajadien.
Opinie bedrijfslevenorganisaties worden niet gehonoreerd
Diverse bedrijfslevenorganisaties in Suriname delen alle dezelfde mening dat er geïnvesteerd moet worden in de productiesector om de economie in het land op te krikken. Echter gaan deze kreten aan dovemansoren voorbij. Dit is duidelijk af te leiden van de houding van de Centrale Bank van Suriname (CBvS), die op 5 december 2016 een seminar hield om de economische issues in het land en de monetaire maatregelen bespreekbaar te maken met diverse actoren die actief zijn in het bedrijfsleven. Uiteindelijk is gebleken dat juist een groot deel van het bedrijfsleven (waaronder de Associatie van Kleine en Middelgrote Ondernemingen in Suriname, de Algemene Aannemersvereniging en de Vereniging van Surinaamse Winkeliers) niet was uitgenodigd om dit seminar bij te wonen. De denkwijze van de regering lijkt niet gericht te zijn op het creëren van een win-win situatie, maar juist voor het verknallen van het geliefd land Suriname.
KSR
