Het heeft lang geduurd, maar het is eindelijk zover. De Nationale Stichting Hindostaanse Immigratie (NSHI) mag blij en trots zijn op haar museum in Gebouw 2 op het Lalla Rookh complex. Volgens museologen is dit museum het mooiste museum van Suriname. Het ziet er werkelijk heel keurig uit, met enorm veel historische informatie. De leiding van het museum is in handen van een aardige jonge vrouw, Aruna Mungra. Zij doet er alles aan opdat de bezoeker het naar zijn zin heeft. De NSHI staat bekend om de saamhorigheid van haar bestuursleden, alles gebeurt in overleg met elkaar, er is een grote mate van saamhorigheid en iedereen werkt prettig met elkaar samen. Het bestuur wordt gevormd door een jong, dynamisch team met heel veel werklust. De bestaande musea in Suriname mogen er best een puntje aan gaan zuigen, want ook de ‘high tech’ is daar volop aanwezig. Nil’s COPY centre heeft het hele grafische werk van het museum verzorgd en dat is heel professioneel gebeurd.
Er is tot nog toe veel aandacht besteed aan historische figuren tijdens de Hindostaanse contractperiode en ook daarna, Het Hindostaanse zakenleven is nog niet aan bod gekomen evenmin het uitzonderlijke intellect van bekwame toppers en grote zakenlui zoals Baitali, Kuldipsing en Dilip Sardjoe. Het totale Lalla Rookh complex, compleet met schouwburg moet nog volledig gerestaureerd en gerenoveerd worden. Daaraan zullen de talentvolle architecten en de moderne ‘designers’, hun hart kunnen ophalen. De moderne conceptie van de museologie zal ook uitvoerig in dit museum aan de orde komen. Dit was al in 1990, 26 jaar geleden het geval, maar toen reageeerden enkele oudkolonialen heel heftig tegen dit ‘absurde’ voorstel in de Cultuurtuin. Daar mocht zoiets niet komen want wat doen wij dan met ons Zeelandiacomplex met de officierswoningen? Gedragswetenschappers van Suriname hebben helaas te weinig aandacht besteed aan deze ziekelijke adoratie voor de bakra’s in ons land. Het ontwerp van ons national museum is in 1990 gebeurd aan de hand van een maquette door een tiental toppers van Cultuur. Deze toppers leven nog en het toeval wil dat de architect van 1990, zich nu weer ‘artistiek’ beschikbaar stelt voor dit hele mooie Lalla Rookh museum. In 1990 had Suriname al een compliment gekregen van Unesco-Jamaica, maar toen werden de initiatiefnemers verguisd en gedwarsboomd door de oude koloniale orde van de Surinaamse politiek. Maar na zoveel jaren ziet het Zeelandia complex er helaas nog even troosteloos uit als voorheen. ‘s Avonds ziet alles op het complex, behalve het mooie Surinaamse monument van Wilhelmina, er angstaanjagend uit. Surinamers hebben in het verleden geld ingezameld om dit mooie monument in Nederland te kopen; het is dus een Surinaams bezit! Wat het Zeelandiacomplex nog nodig heeft is een duidelijke vrolijkheid, met veel licht, goede muziek en lekker eten en drinken. Dat is Suriname ten voeten uit en dat moet ook zo blijven. Hetzelfde geldt ook voor het gebouw ‘Devil’; dat ziet er somber en angstaanjagend uit! En voor wie?
Hopelijk zal het hele Lalla Rookh complex gauw worden opgeknapt en gerestaureerd. Rond de onafhankelijkheid in november 1975 was er in het Tropeninstituut een zes weken durende culture show ‘A Doro’ geheten (genoemd naar Edgar Cairo) en dat was een heel leuk cultureel spektakel. Toen hebben de Surinamers van de ervaren Nederlanders geleerd: ‘Cultuur moet je verkopen net zoals men waspoeder verkoopt, enthousiast en luidruchtig. En het werkte!’
Voor het Lalla Rookh museum geldt ook zoiets, praat op al uw activiteiten duidelijk en verstaanbaar, u heeft niets te verliezen of te verschuilen, de rest komt vanzelf, want het is al prachtig wat u tot nu toe heeft gepresteerd … gefeliciteerd en ga zo door!
Benjamin S. Mitrasingh;(archeoloog)